«Bestrijding van Aziatische hoornaar blijft verzekerd»
De bestrijding van de Aziatische hoornaar, een exotische wespensoort die een bedreiging vormt voor de honingbij, blijft gegarandeerd. Het Agentschap voor Natuur en Bos zegt bereid te zijn om verdere bestrijdingsacties te ondersteunen indien dat nodig is, inclusief eventuele meerkosten, overeenkomstig de afspraken met het departement Landbouw en Visserij. Hierover zal de komende dagen met de betrokken actoren worden samengezeten.
De eerste Aziatische hoornaar dook in België op in 2016. Sindsdien breidt de soort snel uit. Deze grote wesp komt uit het zuidoosten van China en heeft het gemunt op bijen en andere insecten.
Het Vlaams Bijeninstituut (VBI) luidde de voorbije dagen de alarmbel in de media. Ontdekte nesten van de Aziatische hoornaar kunnen niet meer verdelgd worden omdat het voorziene budget is uitgegeven. Het instituut, dat verantwoordelijk is voor het opsporen en verdelgen van de exotische wesp in Vlaanderen, kreeg in 2021 een budget van 60.000 euro, waarvan 30.000 euro overbleef voor dit jaar. Maar dat bedrag is al opgegaan aan de inzet van verdelgers. Die verwijderden dit jaar namelijk al 300 nesten, dat zijn er meer dan over heel 2021, aldus voorzitter René De Backer in Het Laatste Nieuws.
Natuur en Bos garandeert dat de bestrijding gegarandeerd blijft. «De eventuele meerkost zal gedragen worden», zegt woordvoerder Jelle De Wilde. Het agentschap zal hierover samenzitten met de betrokken actoren, van overheidswege Landbouw en Visserij en het kabinet van minister van Omgeving Zuhal Demir.
«Niet gevaarlijker voor de mens»
Natuur en Bos betreurt de «sfeerschepping» van het VBI in de media. «Aziatische hoornaars zijn niet gevaarlijker, laat staan dodelijker, dan andere inheemse wespen. Zoals bij elke wespensoort moet men voorzichtig zijn wanneer men een nest vindt en zeker niet zelf overgaan tot bestrijding, maar professionals raadplegen. Paniekzaaierij is nergens voor nodig en helpt niemand.»
Een aantal studies in landen die al langer met deze invasieve exoot te maken hebben, wijzen erop dat de schade aan de honingbij onmiskenbaar is, maar de schade voor wilde insecten en dus de biodiversiteit blijkt eerder gering, luidt het.