Ging Belgische overheid in de fout bij toekenning coronalogistiek?

Medista, het Belgische farmaceutische bedrijf dat al sinds april 2020 de strategische voorraad geneesmiddelen, COVID-testen en -vaccins opslaat en verdeelt, heeft een schorsingsberoep ingediend bij de Raad van State tegen de Belgische staat. Medista verwijt de federale overheidsdienst Volksgezondheid «onfrisse praktijken» bij de toekenning van de overheidsopdracht voor de coronalogistiek aan een concurrent.

door
Redactie Online
Leestijd 2 min.

Het in Zaventem gevestigde Medista vraagt de opschorting van het besluit van twee weken geleden om het beheer van de strategische voorraad geneesmiddelen, tests en vaccins voor de periode 2022-2025 toe te kennen aan de multinational Movianto, die ook in Nederland en het Verenigd Koninkrijk de coronavaccins verdeelt, en aan Raes Logistics. Eén overeenkomst met Medista liep nog tot 2025 maar de overheid respecteert de wettelijke opzegtermijn van één jaar niet, want die loopt nog tot maart 2023. «De overheid moet zich net als ondernemers aan haar contractuele verplichtingen houden», zegt Sarah Taybi, CEO van Medista.

Medista heeft aanzienlijk geïnvesteerd, met name in de bouw van een nieuw logistiek centrum voor vaccins in Zaventem voor ruim 3 miljoen euro, en in de ontwikkeling van een informaticaplatform voor meer dan 2 miljoen euro.

Als reden voor de verandering van logistieke partner spreekt de staat over «budgettaire beperkingen». Medista benadrukt bij monde van Taybi dat het altijd een uitstekende service heeft geleverd, «anders kan je ook geen twee jaar samenwerken aan de grootste logistieke operatie ooit in ons land».

Voorkennis

Medista beschuldigt de FOD Volksgezondheid van «onfrisse praktijken» bij de toekenning. «Ten minste één concurrent had voorkennis en kreeg vooraf cruciale informatie doorgespeeld waarover wij niet konden beschikken», aldus nog Taybi.

Federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) lijkt niet onder de indruk van de procedure die Medista opstart en schaart zich achter zijn ambtenaren. «De wet laat toe dat iemand naar de Raad van State trekt», zegt hij aan Het Laatste Nieuws, «maar we hebben vertrouwen in de wijze waarop onze administratie de procedure heeft gevolgd en kijken met vertrouwen de eventuele uitspraak van de rechter tegemoet.»