Tien procent meer vrouwen gestart als zelfstandige dan voor coronacrisis
In 2021 gingen in vergelijking met 2019, voor de coronacrisis dus, 10 procent meer vrouwen aan de slag als zelfstandige. Dat blijkt uit een analyse van gegevens van 135.740 zelfstandigen die opgestart zijn via het Sociaal verzekeringsfonds van Acerta, in de aanloop naar Internationale Vrouwendag. Ook beginnen vrouwen steeds op jongere leeftijd een zelfstandige activiteit.
Het aantal vrouwen dat startte als zelfstandige in hoofdberoep is tegenover 2019 met 11 procent gedaald. Die afname werd echter ruimschoots gecompenseerd door het aantal vrouwen die een zelfstandige activiteit in bijberoep zijn opgestart (+23 procent) of als student-ondernemer aan de slag zijn gegaan (+49 procent). Tegenover 2020 steeg het aantal vrouwelijke startende zelfstandigen met 12,4 procent.
Populaire beroepen
De gemiddelde leeftijd van een vrouwelijke starter ligt nu op net geen 35 jaar, vijf jaar geleden was dat nog 39 jaar. Bij vrouwelijke starters in bijberoep ligt de gemiddelde leeftijd op iets meer dan 36,5 jaar, tegenover iets meer dan 40 jaar vijf jaar geleden.
De meest populaire activiteiten voor vrouwen die als zelfstandige aan de slag gaan, zijn de laatste jaren de (medische) zorgberoepen en de e-commerce en handel. Ook (bij)beroepen als fotografe of grafisch ontwerpster zitten in de lift.
Experte bij Acerta Katrien Jonckheer wijst erop dat een crisis heel wat mensen heeft aangezet om hun professionele situatie te herzien. Bovendien zijn de drempels verlaagd. Zo sluit het statuut qua bescherming en rechten meer aan bij dat van de werknemer en is in Vlaanderen de vestigingswet afgeschaft. «Daar komt nu bij dat mensen hebben mogen vaststellen dat onze Belgische overheid de zelfstandige niet in de steek laat in tijden van crisis», zegt Jonckheer. «We zien ook dat (hoge)scholen en universiteiten een zelfstandige activiteit meer gaan promoten, waardoor studenten met ondernemingszin niet meer per se wachten tot na de studies om iets op te starten.»