Transgender personen worden minder vaak uitgenodigd op sollicitatiegesprek

Transgenders worden 29% minder vaak uitgenodigd op een sollicitatiegesprek als ze in hun kandidatuur vermelden dat ze transgender zijn. Dat blijkt uit praktijktesten door de UGent. Ook dove kandidaten krijgen 42% minder uitnodigingen na een sollicitatie dan horende mensen. Geen loutere discriminatie, al zien de onderzoekers wel dat dove kandidaten vaak met een drogreden worden weggestuurd, zoals het verkeerde diploma of een gebrek aan ervaring.

door
Redactie Online
Leestijd 3 min.

Voor het onderzoek zijn 1.920 fictieve sollicitaties uitgestuurd om vijf discriminatiegronden op de Gentse arbeidsmarkt in kaart te brengen. Transgenders blijken uit de studie meer gediscrimineerd dan ouderen en zelfs allochtonen. «Discriminatie op basis van transgender identiteit of een kankerervaring zijn wereldwijd nog maar zelden of nooit in kaart gebracht», zegt onderzoeker Stijn Baert.

Geen discriminatie voor ex-kankerpatiënten

Wat dat laatste betreft, hebben de onderzoekers vastgesteld dat het overwinnen van kanker geen hypotheek legt op de toekomstige loopbaan. Dat blijkt alvast uit de testen die bij Gentse werkgevers zijn uitgevoerd. «Mensen die aangeven dat zij een kankerervaring achter de rug hebben, worden op geen enkele manier anders behandeld dan de controlekandidaten», zegt schepen van Gelijke Kansen Astrid De Bruycker (Vooruit).

Baerts onderzoeksteam heeft gebruik gemaakt van correspondentietesten waarbij twee sollicitanten via mail reageren op eenzelfde vacature. De cv en motivatiebrief die ze versturen zijn quasi hetzelfde, maar de kandidaten verschillen op basis van een van vijf geteste discriminatiegronden, die lukraak werden toegevoegd aan een van beide sollicitanten.

Oudere sollicitanten zijn de pineut

Voor de discriminatiegrond ’leeftijd’ blijkt dat oudere kandidaten 25% minder vaak worden uitgenodigd in vergelijking met kandidaten die 6 tot 12 jaar jonger zijn. De oudste kandidaten in het experiment waren 56. De leeftijdsdiscriminatie is duidelijker bij vrouwen dan bij mannen.

«Deze testen bevestigen voor mij dat we diversiteit erg breed moeten benaderen», zegt De Bruycker. «We hebben nu een objectieve basis om verder te gaan. Praktijktesten zijn een instrument om discriminatie te laten dalen. We moeten nu met werkgevers en belangengroepen aan de slag. We moeten weten dat elke vorm van discriminatie onwettig is en dat elke vorm van oneerlijke behandeling er een te veel is.»

De praktijktesten zijn uitgevoerd op sectorniveau. Er werd getest binnen de sectoren groot- en detailhandel, industrie, uitzendbureaus en arbeidsbemiddeling en menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening. Die sectoren vertegenwoordigen het grootste volume van tewerkstelling op het Gentse grondgebied.

Groot vs. klein bedrijf

De analyses geven aan dat de discriminatie vooral voorkomt in de sectoren groot- en detailhandel en menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening. In beide sectoren valt het aantal uitnodigingen voor een jobgesprek terug met meer dan een derde voor kandidaten met een discriminatiegrond. Dat geldt ook bij non-profitorganisaties. Over alle sectoren heen is de ongelijke behandeling minder groot in grotere bedrijven dan in kleine bedrijven.

De Bruycker wil ook in de toekomst praktijktesten organiseren om de verdere evolutie van discriminatie op te volgen. «We willen weten of de acties die we samen met de partners ondernemen resultaat geven. We willen ook weten of de praktijktesten op zich een soort flitspaaleffect hebben.»

In Gent zijn praktijktesten op de huurmarkt opgevolgd met een begeleidingstraject van makelaars. Dat zorgde ervoor dat het probleem sterk is teruggevallen. «We hebben in Gent, met praktijktesten op de huurmarkt, een gefaseerde aanpak uitgerold», zegt De Bruycker. «Als je ziet dat er dan nog steeds een restgroep is die blijft discrimineren, zie ik eerlijk gezegd geen reden om dergelijke strafbare feiten geen juridisch gevolg te geven.»