Voormalig VUB-rector Paul De Knop is overleden

Paul De Knop, rector aan de Vrije Universiteit Brussel van 2008 tot 2016, is donderdag op 67-jarige leeftijd overleden. Dat meldt de VUB. De Knop streed al enkele jaren tegen een uitgezaaide vorm van huidkanker. Hij laat een vrouw, vier kinderen en zes kleinkinderen achter.

door
Redactie Online
Leestijd 2 min.

De academische carrière van Paul De Knop begint wanneer hij aan de VUB het licentiaat Lichamelijke Opvoeding en licentiaat Vrijetijdsagogiek behaalt. Aanvullend behaalt hij een Master’s Degree in the Sociology of Sport & Sports Management aan de University of Leicester, waarna hij aan de VUB promoveert tot doctor in de Lichamelijke Opvoeding. Vooraleer De Knop aan de slag ging als rector was hij van 2004 tot september 2008 decaan van de faculteit Lichamelijke Opvoeding en Kinesitherapie van de VUB en adjunct-kabinetschef van toenmalig Vlaams minister van Sport Bert Anciaux.

In zijn rol als rector van de VUB zag De Knop niet enkel een academische opdracht, maar ook een managementfunctie. Hij zette in op de onafhankelijkheid van de universiteit en had een groot aandeel in de sanering, hervorming en professionalisering van de VUB. Tijdens zijn twee mandaten werkte hij een ambitieus Algemeen Strategisch Plan uit dat leidde tot een investeringsprogramma en de grootste uitbreiding van de campus sinds de jaren ’70.

Fonds

«We gaan Paul enorm missen. Zijn drive, zijn werklust en optimisme, zijn passie voor de VUB. Tot op het laatst zette hij zich in. Hij heeft het fundament gelegd waarmee de VUB toekomstbestendig is gemaakt en verder kan groeien. Zijn overlijden stemt mij en de VUB-gemeenschap enorm verdrietig», aldus VUB-rector ad-interim Jan Danckaert.

Kort na de beëindiging van zijn mandaat als VUB-rector kreeg De Knop de diagnose dat er een uitgezaaide melanoomkanker werd vastgesteld. In het UZ Brussel onderging hij enkele experimentele behandelingen die gebruik maken van immunotherapie. De Knop richtte tijdens zijn behandeling het VUB-UZB Paul De Knop Fonds voor Immunotherapie op. Daarover zei hij zelf: «Ik heb mijn behandelende arts aangeboden om hem te helpen bij het verzamelen van fondsen, niet voor mezelf, wel voor anderen.»