Waarom ook mensen met donkere huidskleur moeten uitkijken voor de zon
Word jij nog bruiner door de zon? Verbrand jij ook als je te lang in de zon ligt? Kan je huidkanker krijgen? Het zijn vragen die mensen met een donkere huidskleur vaak te horen krijgen nu de zomer voor de deur staat. Maar wat zijn nu de correcte antwoorden?
Het is logisch dat mensen met een donkere huidskleur sneller bruinen door de zon. Hun huidtype bevat genetisch meer melanine, start dermatoloog Maselis zijn uitleg. Hun huid heeft met andere woorden pigmentcellen die de aanmaak van melanine sneller bevorderen. Het is die melanine die ervoor zorgt dat je sneller een kleurtje krijgt. Mensen met een heel bleke huidskleur hebben minder pigment en zullen dus ook minder gemakkelijk bruinen door de zon.
Bob Marley
Gekleurde mensen hebben een dikkere opperhuid, vervolgt Thomas Maselis. Die verdikte opperhuid is de belangrijkste bescherming tegen het zonlicht en haar UV-straling. De donkere huid zal daardoor minder snel verbranden, al blijft die kans reëel. Een nadeel: de donkere huid zal minder snel vitamine D die het zonlicht voortbrengt, absorberen. Mensen met een donkere huidskleur hebben dus meer zonlicht nodig om voldoende vitamine D te produceren.
De dermatoloog Maselis waarschuwt ook voor de risico's op huidkanker. De kans op huidkanker is kleiner bij donkere mensen omdat het pigment en de dikkere opperhuid hen een natuurlijke bescherming biedt tegen de zon, aldus Maselis. Toch is het ook voor hen oppassen geblazen. Kijk maar naar Bob Marley. De legendarische Jamaicaanse muzikant had onder meer een melanoom tussen de tenen en is er uiteindelijk ook aan gestorven. Mensen met een donkere huidskleur zijn dus zeker niet immuun tegen huidkanker.
Zonnecrème
Dus kunnen ook mensen met donkere huidskleur best de zonnecrème bovenhalen? Voor jongere kinderen is het sowieso aangeraden om zonnemelk te gebruiken, bevestigt Maselis. Zij hebben immers nog een gevoeligere huid. En zonnecrème voor volwassenen met een donkere huidskleur: baadt het niet, dan schaadt het niet.
Tekst door Anouk Torbeyns
Deze tekst verschijnt ook bij StampMedia