WHAT ABOUT... de WK-controverse? Hoe schandalig is het ‘WK van de schande’ écht?
De voorbije maanden en jaren klonk uit alle hoeken de roep om het WK in Qatar te boycotten. Talloze hoogwaardigheidsbekleders spraken zich uit tegen het voetbalfeest in het Midden-Oosten, bedrijven trokken zich terug als sponsor en supporters blijven massaal thuis – zelfs de bekendste supporter van onze Rode Duivels, Obelgix, stuurt zijn kat. Dat terwijl fandorpen overal te lande één na één afgelast worden wegens een tegenvallende ticketverkoop. Waarom zijn er zoveel koele minnaars van dit WK?
Maandag kwam het nieuws dat de organisatoren van het WK-dorp in de Nekkerhal in Mechelen besloten hadden om hun evenement te annuleren door een tegenvallende ticketverkoop. De organisatie rekende op zo'n 2.500 à 3.000 fans per match, maar verkocht gemiddeld amper 200 tickets per wedstrijd. Eerder deze maand trokken de organisatoren van een WK-fandorp in het Antwerpse Weelde nog de stekker uit hun evenement. Het naar eigen zeggen «grootste indoor fanpark van de Kempen» verkocht sinds de aankondiging midden september nauwelijks tickets.
In tal van Duitse voetbalstadions hebben fans de afgelopen weken geprotesteerd tegen het WK. ‘Boycot Qatar 2022’, stond er te lezen op spandoeken. Verschillende Brusselse cafés hebben aangekondigd dat ze het WK niet zullen uitzenden in hun etablissementen. Ook tal van Brusselse gemeenten doen het deze editie zonder groot scherm – net als verscheidene Franse steden, de stad Barcelona en de stad Vevey in het anders zo neutrale Zwitserland. De vaste sponsors van de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond – Albert Heijn, ING, KPN, De Nederlandse Loterij, Heineken en Bitvavo – besloten niet met hun zakelijke relaties en klanten naar Qatar af te reizen.
Ook de politiek mengde zich in het debat over het WK: N-VA en de federale meerderheidspartij Groen eisten vorig jaar dat de ministers wegblijven van het wereldkampioenschap in Qatar. «Het kan niet dat de Belgische regering zit te juichen op een tribune waar bloed aan kleeft», zei Groen-fractieleider Wouter De Vriendt toen.
Hoge menselijke kost
Want daar draait al het protest tegen het WK 2022 om: de menselijke kost. Die is volgens Human Rights Watch hoog. De ngo deed de afgelopen twaalf jaar onderzoek naar de omstandigheden waarin migrantenarbeiders de nieuwe stadions, hotels en wegen voor het WK aanlegden. Er zouden duizenden arbeiders gestorven zijn. Veel van hen werkten tegen een hongerloon of werden niet betaald en de rechten van vrouwen en mensen uit de LGBTQIA+-gemeenschap werden niet gerespecteerd, blijkt uit rapporten van Human Rights Watch.
De vereisten van FIFA voor het WK hebben tot mensenrechtenschendingen geleid, klinkt het. Van bij de start waren de omstandigheden voor de opbouw naar het tornooi niet de juiste. «De FIFA heeft geen arbeidersbescherming op poten gezet, terwijl dit verplicht is. Dit is eigenlijk een vorm van moderne slavernij», aldus Minky Worden, directeur Global Initiatives bij Human Rights Watch.
Qatar heeft de voorbije jaren al een aantal belangrijke hervormingen in de arbeidswetgeving doorgevoerd. Maar die werden volgens Amnesty International onvoldoende toegepast en nageleefd, waardoor duizenden arbeiders slachtoffer bleven van uitbuiting. Ze draaiden nog altijd veel meer uren dan toegestaan, werden te laat of helemaal niet uitbetaald en hadden moeilijk toegang tot de rechtbank.
De naakte cijfers
Over het aantal gastarbeiders die in Qatar omgekomen zijn bij de bouw van de WK-stadions doen veel geruchten de ronde. Het meest aangehaalde cijfer is dat van The Guardian: het toonaangevende Britse dagblad kwam vorig jaar tot de conclusie dat in de periode 2010-2020 meer dan 6.500 gastarbeiders uit vijf Aziatische landen overleden zijn in Qatar. Amnesty International sprak in een rapport uit 2021 zelfs van 15.021 doden onder arbeidsmigranten.
Factchecks door verschillende internationale media hebben die cijfers sindsdien genuanceerd. Daarbij moet opgemerkt worden dat noch Amnesty International, noch The Guardian ooit beweerd hebben dat al die gastarbeiders op bouwwerven van stadions of zelfs maar in de context van het WK 2022 zijn gestorven. Beide cijfers verwijzen naar niet-Qatarezen van verschillende nationaliteiten en verschillende beroepsgroepen die de afgelopen tien jaar in Qatar zijn gestorven. Hieronder vallen niet alleen slecht gekwalificeerde bouwvakkers, beveiligingspersoneel of tuinmannen die al dan niet werkzaam waren bij WK-gerelateerde projecten, maar ook buitenlandse leraren, artsen, ingenieurs en zakenmensen.
In het algemeen kunnen we stellen dat de cijfers over het aantal gestorven WK-gastarbeiders variëren naargelang de definitie, zoals waar en wanneer ze stierven, en of hun dood al dan niet als ‘werkgerelateerd’ kan worden bestempeld. Gezien de inconsistenties en tekortkomingen in de officiële gegevens van Qatar zelf, is het schier onmogelijk om een accuraat beeld te schetsen.
En de FIFA zelf?
Zowel de FIFA als het organiserend comité van Qatar houden vol dat slechts 3 mensen zijn overleden als direct gevolg van hun werk op WK-bouwplaatsen. De officiële definitie van «werkgerelateerde sterfgevallen» die de FIFA en Qatar hanteren, verwijst naar sterfgevallen op bouwplaatsen voor de zeven gloednieuwe stadions en trainingsfaciliteiten die Qatar de afgelopen tien jaar heeft gebouwd.
Door de definitie uit te breiden naar «niet-werkgerelateerde sterfgevallen» die niet rechtstreeks verband houden met bouwwerkzaamheden, erkent Qatar nog eens 37 dodelijke slachtoffers, waaronder bijvoorbeeld twee Indiërs en een Egyptenaar die omkwamen bij een verkeersongeval toen ze in november 2019 van hun werk naar huis reisden.