Coronavirus is nog niet verdwenen: een nieuwe variant is opgedoken
We praten er misschien minder over, maar het coronavirus is nog niet verdwenen. Het virus blijft circuleren onder de bevolking. Meer nog, een nieuwe variant is in opmars, een beetje overal ter wereld. Zijn naam? Eris.
Afgelopen maart schatte de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) dat COVID-19 nu te vergelijken is met de dreiging van een seizoensgriep en dat het virus «niet langer onze samenleving of ziekenhuissystemen verstoort.» Dat betekent evenwel niet dat het coronavirus er niet meer is. In de afgelopen weken is in verschillende landen een nieuwe subvariant van Omikron opgedoken: Eris (EG.5.1.).
Vorige week werd deze subvariant dominant in de Verenigde Staten, waar het aantal infecties de afgelopen weken met 12% toenam. In Frankrijk is Eris al verantwoordelijk voor 35% van de geanalyseerde gevallen. In het Verenigd Koninkrijk gaat het om 15%, in Ierland om 20%.
Moeten we ons zorgen maken?
Is deze subvariant, die in de gaten gehouden wordt door de WHO, gevaarlijker dan andere? Volgens Antoine Flahault, directeur van het Institute of Global Health in Genève, lijkt Eris gemakkelijker te overdragen dan de andere subvarianten die het vervangt. Maar er is geen reden om aan te nemen dat de variant gevaarlijker is. Meer nog, volgens de laatste analyses werken de meest recente vaccins tegen Eris. Deze variant herinnert er ons evenwel aan dat het coronavirus nog niet helemaal verdwenen is. «Mensen met immuunziektes en hoogbejaarden lopen nog steeds risico op een ernstige besmetting», aldus Flahault aan TF1.
Alles wat je echt moet weten op Metrotime.be