De komedie ‘Sick of Myself’ haalt uit naar onze slachtoffercultuur: «Ik wou iets maken wat ik nooit eerder had gezien»

‘Sick of Myself’ is pas de tweede langspeelfilm van Kristoffer Borgli, maar de Noorse cineast laat toch al een heel eigen stem horen. En hij geeft blijk van een scherpe en donker geestige blik op de minder fraaie kantjes van de moderne mens. In dit geval onze onstilbare honger naar faam en aandacht.

door
Ruben Nollet
Leestijd 4 min.

‘Sick of Myself’ is een zeer eigenaardige mix van genres. Was dat van bij het begin de opzet?

Kristoffer Borgli: «Ergens wel. Ik wou iets maken wat ik nooit eerder had gezien: een soort relatiekomedie dat Woody Allen zou maken maar dan met elementen die je eerder in een body horrorfilm zou verwachten. Zonder dat het ooit bovennatuurlijk of gruwelijk wordt. Dat leek me een goed idee.»

Signe, je hoofdpersonage, loopt zichtbaar verloren in haar eigen leven. Ze weet niet hoe ze er zin aan kan geven. Hoe zou je haar omschrijven?

«Ze is iemand die dolgraag gezien zou worden als een interessante persoon. Alleen heeft ze het gevoel dat haar leven niemand kan boeien. Ze voelt zich een willekeurig nevenpersonage in het verhaal van haar lief en van haar vrienden. Dus neemt ze op een drastische manier haar eigen verhaal in handen, om zichzelf extreem opvallend en zichtbaar te maken.»

Ze doet het door zichzelf een erge huidziekte te geven. Hoe kwam je op dat idee?

«Ik loop er al lang mee rond. In 2010 maakte ik een muziekvideo over jonge mensen met een huidziekte, en ik besefte toen al dat er veel meer te doen viel met het concept van een knap blond meisje dat een vreselijke huidziekte heeft en daar heel trots op is. Dat beeld heeft me nooit losgelaten. Ik wist dat het een gevoelige snaar raakte.»

In principe kon het eender welke huidziekte zijn. Wat is het concept achter de aandoening die Signe krijgt?

«Het moest erg genoeg zijn dat het in het nieuws zou komen, maar het mocht ook niet zodanig erg zijn dat het publiek zou wegkijken. Ik heb er lang aan gesleuteld met Izzi Galindo, mijn make-upverantwoordelijke. We vonden geen bestaande huidziekte die we goed genoeg vonden, en dus hebben we er zelf één bedacht, op basis van exotische patronen in planten en bladeren.»

‘Sick of Myself’ is pas je tweede langspeelfilm, maar online staan wel heel veel kortfilms, reclamespots en muziekvideo’s van jouw hand. Wat houdt je bezig?

«De drang om dingen te creëren. Voor je een langspeelfilm kunt maken moet je veel mensen overtuigen en veel geld bij elkaar krijgen en veel tijd investeren. Een kortfilm of muziekvideo is een pak gemakkelijker. Zo blijf ik tenminste bezig. Ik hou ook echt van dat korte formaat. Het is alsof ik zwanger word van een idee en dat dan op de wereld moet zetten.»

Bij één van die kortfilms, ‘The Loser’, staat een tekstje dat jou omschrijft als ‘een opmerkelijke nobody die net zoals zoveel andere mensen aan de slag probeert te geraken in een medium waar hij misschien niet thuis hoort’. Dat is een grap veronderstel ik, maar zit er ook een grond van waarheid in?

«Niet echt. Het hoorde meer bij de kortfilm zelf, waarin ik mezelf neerzet als een interviewer die er volstrekt niets van bakt. Film heeft me altijd al geïnteresseerd. Als tiener werkte ik in een videotheek. Cinema was toen al mijn hele leven. Ik voel me dan ook helemaal thuis in het medium.»

Je woont intussen in Los Angeles. Heeft die ervaring jou gekneed als filmmaker?

«Nee, ik denk dat ik in Noorwegen al wist wat ik wou doen. Los Angeles heeft me niet zoveel veranderd. Het belangrijkste verschil is dat ik nu ook binnenshuis schoenen draag, wat ik in Noorwegen nooit deed. (lacht) Maar ik word in L.A. wel blootgesteld aan andere manieren van denken en leven. Andere karaktertrekken en -types. Mijn vader is sociaal antropoloog, en ik denk dat ik zijn interesses ergens overgeërfd heb. Ik hou ervan om mensen te observeren en te proberen om ze zo te begrijpen.»

Sick of Myself ***

Signe is jaloers. Op haar lief Thomas nog wel. Die is in de kunstwereld van Oslo naam aan het maken met de eigenaardige meubels die hij ontwerpt, en Signe heeft enorme honger naar het soort aandacht dat hij krijgt. Wanneer ze na een bloederig incident in de koffieshop waar ze werkt even van die faam proeft, gaat er een licht bij haar op: waarom zou ze niet in de kijker kunnen lopen als slachtoffer van een gruwelijke medische fout. Signes plan lijkt te werken, maar zoals zoveel medicijnen heeft ook dit ongewenste nevenwerkingen. In zijn gitzwarte satire ‘Sick of Myself’ haalt de Noorse cineast Kristoffer Borgli genadeloos uit naar de slachtoffercultuur waarin we leven. Niet al de komische noten en beschamende situaties die hij verzint snijden zo diep als hij zou willen. Maar net zoals je je vaak moet dwingen om je ogen af te wenden van iemand met een fysieke afwijking (want je weet dat het fout is om te staren) blijf je er met een bizarre fascinatie naar kijken.

‘Sick of Myself’ speelt momenteel in de zalen.