Ken Loach (87) over zijn laatste film ‘The Old Oak’: «We kunnen goeie buren zijn, en daar begint de hoop»

Op zijn 87ste heeft de Britse regisseur Ken Loach beslist om een punt te zetten achter zijn carrière. En dat doet hij precies zoals hij al sinds de jaren 1960 doet: door sociaal onrecht aan te kaarten. In ‘The Old Oak’ zien we hoe er in een verwaarloosd voormalig mijnstadje in Noord-Engeland spanningen ontstaan wanneer de overheid er families Syrische vluchtelingen onderbrengt.

door
Ruben Nollet
Leestijd 4 min.

Mogen we ‘The Old Oak’ omschrijven als een verhaal over twee getraumatiseerde gemeenschappen?

Ken Loach (kleine foto): «Precies. De ene is een gemeenschap die in de steek is gelaten door de overheid en daarom veel woede en bitterheid in zich heeft. En daar komen dan mensen bij die het trauma van oorlog meedragen. De Syrische mensen met wie we samengewerkt hebben, vertelden ons vreselijke verhalen. Al de mannen waren ernstig gemarteld door hun eigen overheid. Vaak waren die families maar op het nippertje kunnen ontsnappen aan de dood. En allemaal hadden ze familieleden verloren.»

Ondanks die thematiek is het wel een hoopvolle film. Was dat van bij het begin de bedoeling?

«Nee, dat is organisch gegroeid. Kijk, het is een politieke misrekening om te stellen dat er geen weg voorwaarts is. Alleen is dat soms heel moeilijk te zien. Maar hoop is enkel waardevol als er een leefbaar pad is. Het is niet hout vasthouden en hopen dat het zal stoppen met regenen. Paul Laverty (Loach’ vaste scenarist, nvdr.) en ik denken dat de eerste stap is dat we goeie buren kunnen zijn. Uit de geschiedenis van de mijnwerkersvakbond blijkt dat die gemeenschap gebaseerd was op solidariteit. Die herinnering leidt ertoe dat ze de hand uitsteken naar die vluchtelingen. Dat is waar hoop begint. En van daaruit kan een politieke beweging groeien.»

Kwamen de twee gemeenschappen ook op de set samen?

«Ze zien elkaar nog regelmatig. Het zijn vooral de vrouwen die dat organiseren. Ze eten samen iets. Dat was nog zo geweldig tijdens de opnames: die Syrische vrouwen maken fantastisch lekkere gebakjes! (lacht) Om de paar dagen kwamen ze langs, en dan stopten we met filmen om ervan te smullen. Het is iets heel eenvoudigs, maar het schept een band. In plaats van te denken ‘Wie zijn die mensen?’ communiceer je via eten. En het gebeurde heel spontaan.»

‘The Old Oak’ is de naam van de pub in de film. Hoe belangrijk is die plek?

«Het was Pauls idee om het verhaal rond die pub te bouwen. De plaats symboliseert het dorp en zijn cultuur en tradities, alles wat we willen behouden. Dat is op zich ook niet slecht. We hebben zo’n houvast nodig. De realiteit is dat die publieke plaatsen in veel dorpen en stadjes verdwenen zijn. De pubs, de kerken, de scholen, ze hebben allemaal hun deuren gesloten. In de film is ‘The Old Oak’ de enige die nog overeind blijft, en de uitbater heeft het moeilijk.»

Je kaart al sinds de jaren 1960 allerlei sociale wantoestanden aan. Heb je nooit het gevoel gehad dat je in de woestijn predikt?

«Natuurlijk wel. Maar het alternatief is om aan de kant te staan en emotieloos toe te kijken. Ik blijf liever politiek actief. Volgens mij glijden veel mensen uit de middenklasse weg in pessimisme omdat ze geen voeling meer hebben met de mensen die wel nog vechten. Ik ga naar meetings, ik help dingen organiseren, en dat geeft energie. De helft van de tijd ben ik plezier aan het maken. Je weet dat je deel uitmaakt van een grotere beweging, mensen die strijden tegen onrecht. Mijn bijdrage is dat ik er films over maak. Die betrokkenheid heeft ook altijd mijn werk gevoed. Het houdt de ideeën fris.»

Het valt op hoe enthousiast je nog altijd over je films praat. Waarom wil je er dan mee ophouden?

«Mijn lichaam kan het niet meer aan. Ik zal 90 zijn als ik nog een volgende film maak. Ik kan het fysiek niet meer opbrengen. Je moet weten dat je als regisseur constant in de weer bent en voortdurend rondhost. Je kunt niet alles delegeren. En het is een constante strijd tegen de klok. Op een bepaald moment lukt dat niet meer. Met ouder worden verdwijnt bovendien je kortetermijngeheugen. Dan loop je je de hele tijd af te vragen of je iets al gezegd hebt of niet. Nee, het is genoeg geweest.»

The Old Oak***

Laten we wel wezen: we zullen Ken Loach missen. Zestig jaar lang was hij het sociale geweten van Groot-Brittannië en daarbuiten, de man die altijd de vinger op de wonde legde. In zijn films is iedereen bovendien het slachtoffer van het systeem, zowel de mensen die lijden als de mensen die op het eerste gezicht anderen kwaad berokkenen. Het is niet anders in ‘The Old Oak’, een eenvoudig verhaal over de reactie van verbitterde Britten in een verkommerd Noord-Engels stadje wanneer daar Syrische vluchtelingen gedropt worden. De menslievendheid en het geloof in onze goedheid die Loach (samen met scenarist Paul Laverty) in de verf zet, verwarmen zeker je hart en verdienen per definitie applaus. Anderzijds volgt het verhaal ook zo braaf de voorspelbare formule dat het niet altijd meevalt om de film ernstig te nemen. Niettemin: bedankt voor alles, meneer Loach!

‘The Old Oak’ speelt nu in de zalen.