Er waren nog nooit zoveel jobs in Brussel
Sinds 2012 daalt de werkloosheid, terwijl het aandeel van de beroepsbevolking toeneemt. De studie toont aan dat de cijfers historisch zijn voor de werkgelegenheid in Brussel, en dat vooral de Brusselaars zelf daarvan profiteren.
Hoewel het pendelverkeer naar Brussel vanuit de twee andere gewesten aanzienlijk blijft, is het de afgelopen jaren wel geleidelijk vertraagd. Niet-Brusselaars vertegenwoordigen nu nog maar 48,9% van het aantal jobs in de stad, tegenover 51,1% in 2012. En die trend zal hoogstwaarschijnlijk voortduren, gezien de relatieve vergrijzing van de Vlaamse en Waalse pendelaars.
Tegelijkertijd steeg de interne werkgelegenheid met 1,6%. Het zijn dus voornamelijk de Brusselaars zelf die profiteren van de sterke conjunctuur, want hun werkgelegenheidsgraad nam in deze periode toe met 6,2%.
Het profiel van de Brusselse werknemers
De Brusselse arbeidskrachten zijn geconcentreerd in een aantal activiteitensectoren. Hun sterke of geringere aanwezigheid wordt bepaald door de arbeidsvoorwaarden (aangepaste of onderbroken werktijden, flexibiliteit enz.) in de sector en de aard van de uitgeoefende activiteit, zo blijkt uit de studie van het Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid.
Dat geldt vooral voor de horeca, waar meer dan drie vierde van het personeel Brusselaars zijn (73,3?%), extraterritoriale organisaties (71,6?%), de bouw (70,3?%), administratieve en ondersteunende diensten (64,9?%) of gespecialiseerde, wetenschappelijke en technische activiteiten (60,0?%).
Vlamingen en Walen die naar Brussel pendelen, zijn gemiddeld trouwens ouder dan de Vlamingen en Walen die in hun eigen gewest werken. Het omgekeerde geldt voor de Brusselaars.
Bovendien varieert het aandeel werknemers uit de twee andere gewesten ook met het opleidingsniveau. Zo zijn er minder Brusselse werknemers die hoger onderwijs volgden, dan pendelaars. Omgekeerd is het aandeel laaggeschoolde werknemers die wonen en werken in Brussel groter.