Zorgopleiding voor anderstaligen
Familiehulp heeft een nieuwe zorgopleiding opgestart voor mensen met weinig kennis van het Nederlands. De opleiding moet een antwoord bieden op het tekort aan verzorgenden en zorgkundigen, maar wil men ook mensen aan werk helpen die de Nederlandse taal nog niet machtig zijn. Familiehulp werkt hiervoor samen met
de VDAB.
Uit cijfers van de VDAB blijkt dat de vraag naar verzorgenden en zorgkundigen de laatste jaren toeneemt. Voor verzorgenden, medewerkers die basiszorgtaken op zich nemen, waren er eind september 2018 176 openstaande vacatures. Eind september van dit jaar lag dat aantal op 527. De vraag naar zorgkundigen, werknemers die extra taken mogen uitvoeren onder toezicht van een verpleegkundige (als een zorgkundige of verzorgende binnen gezinszorg aan de slag gaat, is toezicht van een verpleegkundige niet vereist), is in dezelfde periode gestegen van 708 naar 1.079.
Tegelijk neemt het aandeel werkzoekenden in Vlaanderen dat geen Nederlands spreekt, toe. In 2017 ging het om net geen 17% van alle werkzoekenden zonder werk, in 2021 was dat percentage gestegen naar 18,7%.
Taaldrempel
Om tegemoet te komen aan die twee tendensen, is Familiehulp, in samenwerking met de VDAB, gestart met een opleiding voor zorgkundige of verzorgende, specifiek gericht op anderstaligen. «We wisten dat er nog veel mensen waren voor wie de taalvereiste een drempel was om te starten met een zorgopleiding», zegt Ann Demeulemeester, algemeen directeur bij Familiehulp. «Daarom hebben we gezorgd voor een opleiding waarin de taalcomponent veel sterker aanwezig is. De interesse voor de cursus was bijzonder groot.»
«Het is een extra uitdaging om mensen met een taalachterstand aan werk te helpen. Tegelijk zien we dat de kans op tewerkstelling voor hen sterk stijgt, als ze begeleiding krijgen om Nederlands te leren. Binnen het jaar heeft de helft van mensen met een taalachterstand werk. Dat sterkt ons in de overtuiging om geïntegreerd te werken», reageert minister van Werk, Jo Brouns (cd&v).