Deze goede voornemens voor 2022 mag je alvast opgeven: Dit zijn de moeilijkste af te leren gewoontes

Iedereen is voortdurend bezig met de beste versie van zichzelf te worden. En hoewel dat een nobel streven is, is het ook belangrijk dat je sommige kleine kantjes van jezelf simpelweg aanvaardt. Maar met de komst van het nieuwe jaar is het quasi sociaal verplicht om op zijn minst één goed voornemen te hebben. Om de lat niet te hoog te moeten leggen, lijsten we hieronder alvast enkele voornemens op die je het best gewoon nu al opgeeft. Sommige gewoontes zijn nu eenmaal bijna niet af te leren.

Accepteer cookies om deze inhoud weer te geven.
door
Redactie Online
Leestijd 3 min.

Nagelbijten (en friemelen)

Nagelbijten is een van de meest voorkomende slechte gewoontes. Volgens onderzoek van Ipsos zou maar liefst een op de vier Belgen nagelbijten. Er zijn tal van redenen waarom iemand nagelbijt: stress, verveling, om een losse nagel ervan te scheuren... En vaak gebeurt het zelfs niet eens bewust. Nagelbijten zou misschien zelfs genetisch zijn: er is onderzoek dat aanwijst dat als de ouder nagelbijt, er een grotere kans is dat het kind dat ook doet. En als je nagelbijt, doe je dat vaak al van kinds af aan. Esthetisch is nagelbijten niet, maar een gewoonte die zo verankerd is en doorgaans maar weinig gevolgen heeft voor je algehele welzijn: waarom zou je de moeite doen om het af te leren?

En bij uitbreiding: ook kauwen op kauwgom of een pen, prutsen met je haar, velletjes van je vinger trekken en andere friemelgewoontes zijn van die gewoontes die erg moeilijk zijn om af te leren, aangezien ze veel te maken hebben met een lichamelijke en onbewuste reactie op stress.

Snoepen

Misschien neem je ’s avonds bij je favoriete Netflix-serie graag een zak chips erbij, of grijp je tijdens het werken geregeld naar de koekentrommel. Is dat gezond? Neen. Maar zolang je niet iedere avond een volledige zak colasnoepjes naar binnen gooit, is er niet meteen een hoge nood om snoepgoed volledig uit je leven te bannen. Bovendien is snacken vaak verbonden met stress: als we gestresseerd zijn, scheiden we cortisol af. Als je dan lekkere koeken eten, verlaagt de cortisol. Met andere woorden: het is opnieuw een manier om stress te reguleren. Eerder dan aan symptoombestrijding te doen en te stoppen met snacken, is het beter om na te gaan waar al die stress vandaan komt. Als je meer innerlijke rust ervaart, zal je hoogstwaarschijnlijk ook minder de nood voelen om nodeloos te snacken.

Irritante stopwoordjes gebruiken

Euh, ja, ofzo, goh, snap je, gelijk, echt, wel... Soms lijkt het onmogelijk om een zin te vormen zonder maar één stopwoordje te gebruiken. En als je er heel erg op gaat letten, is het gebruik van die stopwoordjes best vervelend. Maar taalkundigen voeren al jarenlang onderzoek naar dit soort ‘opvulwoorden’ en ze vervullen wel degelijk een functie in onze dagelijkse gesprekken. Zo kunnen we het gebruiken om onszelf te corrigeren («Ik ga morgen – euh, ik bedoel overmorgen, naar de bakker.») of om onszelf ruimte te geven om na te denken («Wanneer ga ik naar de bakker? Euhhh, misschien ga ik morgen»). En in een samenleving vol tegenstellingen en polarisatie, kan het soms wel zinvol zijn om je tijd te nemen en te reflecteren vooraleer je iets zegt. Houden dus, die stopwoordjes!