Op je 40ste op pensioen? Volgens de FIRE-beweging kan het!
Op je vijftigste, veertigste of misschien zelfs al je dertigste met pensioen. Het klinkt als een gevalletje ‘te mooi om waar te zijn’. Toch zijn er steeds meer mensen die ernaar streven om FIRE (Financial Indepence Retire Early) te worden. Hoe realistisch is dit nu echt?
Het is best mogelijk dat je al eens eerder van FIRE of ‘financiële onafhankelijkheid‘ gehoord hebt. Het is namelijk een groeiende trend onder (f)influencers om te praten over eerder stoppen met werken. Op je vijftigste, veertigste of zelfs nog eerder met pensioen gaan is een mooi streven, maar niet erg realistisch, volgens SNS Bank. De bank vindt het haar maatschappelijke taak om jongeren hier een meer realistische kijk op te geven.
«Door de succesvoorbeelden klinkt het nu vaak alsof op je 40e met pensioen gaan voor iedereen is weggelegd», legt Marieke Tiesinga, strategisch adviseur maatschappelijke impact bij SNS, uit. «Dit is helaas voor bijna iedereen een utopie. Ga maar na, om met je veertigste met pensioen te kunnen, heb je al snel minimaal 600.000 euro aan vermogen nodig. Dat redden maar weinig mensen.»
Bewuster met geld omgaan
Dat neemt niet weg dat iedereen, jong of oud, wat kan leren van de FIRE-beweging. De filosofie hierachter is namelijk dat je bewust met geld omgaat. «Daar ligt wat mij betreft de kracht van deze beweging», zegt Tiesinga. «Het zou zonde zijn als jongeren dat laten schieten als ze erachter komen dat die strandstoel op Ibiza toch iets verder weg is dan ze dachten.»
Wat Tiesinga betreft moeten we de gouden bergen die influencers aan de tropische horizon beloven met een flinke korrel (zee)zout nemen. «Maar dat betekent niet dat je je hard verdiende geld niet voor je wil laten werken», zegt ze. «Daar moet je alleen niet te grote risico’s voor nemen. Het laatste wat je wilt is dat je geld razendsnel verdampt omdat je te veel gefocust bent op de korte termijn.»
Je vermogen laten groeien
Wat kunnen we dan wél leren van de filosofie?
1. Kleine haalbare doelen
Hoe groter en onrealistischer je doel is, hoe sneller je de handdoek in de ring zal gooien als het even tegenzit. De oplossing? Kleine, haalbare doelen. Begin bijvoorbeeld eerst met het sparen voor een buffer die onverwachte tegenslagen kan opvangen. Van daaruit kan je verder bouwen.
2. Kijk welke manier van beleggen bij jou past
Bij beleggen denken veel mensen aan aandelen. Maar er zijn zoveel meer manieren om je vermogen te vergroten. Je kan bijvoorbeeld ook denken aan aandelenfondsen, obligaties, vastgoed, ETF’s en crowdlending.
Kijk eerst naar hoeveel risico je wil lopen, hoeveel tijd je wil spenderen aan het beleggen en wat voor doel je hebt. Van daaruit kan je kiezen welke manier van beleggen bij jou past.
3. Er zijn geen short cuts
Tiesinga raadt ook aan om je niet te laten verleiden door verhalen over snel geld. Snel rijk worden bestaat niet (of je moet enorm veel risico lopen waardoor de kans groot is dat je juist al je geld verliest). Sparen is een werk van lange adem. Bij beleggen is tijd je grootste vriend. Hoe jonger je bent, hoe langer je kan profiteren van het rendement-op-rendement effect.
4. Check verschillende informatiebronnen
Zorg altijd dat de informatie die je tegenkomt bij een website of influencer het beginpunt is van je onderzoek. Blijf dus niet hangen bij één bron voor advies en inspiratie. Dubbelcheck of de informatie wel echt klopt.
5. Spreid je risico’s
Spreiden is essentieel als je zo weinig mogelijk risico wil lopen met beleggen. Dat kan door verschillende beleggingsproducten te combineren, zoals aandelen, obligaties en vastgoed, maar ook door binnen deze categorieën te beleggen in meerdere bedrijven, sectoren en regio’s.
De laatste manier om te spreiden is in tijd. Beleg niet eenmalig een groot bedrag, maar investeer elke maand of kwartaal. Zo hoef je je niet druk te maken om het timen van de markt.