Valentijn, ultiem feest van de liefde? De oorsprong is niet zo romantisch
Op 14 februari verklaren we jaarlijks massaal de liefde aan elkaar. Er bestaan meerdere verhalen rondom de oorsprong van Valentijnsdag. Eén daarvan is dat we dit feest vieren ter nagedachtenis van Valentijn, een christelijke priester uit Rome. Om tot de wortels van deze traditie te komen blikken we terug op het jaar 260 na Christus.
Liefde was in de derde eeuw niet van zelfsprekend, want volgens de Roomse wet mochten soldaten niet trouwen om de simpele reden dat ze anders te veel dachten aan het thuisfront tijdens het vechten. Daar was de Roomse heilige het absoluut niet mee eens. Liefde stond volgens priester Valentijn boven de wet en daarom trouwde hij verliefde stelletjes in het geheim.
Het duurde niet lang voordat de liefdevolle daden van Valentijn aan het licht kwamen. Toen de keizer ervan hoorde, werd hij meteen opgepakt. In de gevangenis was de befaamde romanticus nog lang niet klaar met de liefde, want dit keer werd hij zelf geinfecteerd met het liefdesvirus: hij viel als een blok voor de blinde dochter van de bewaker. De heilige Valentijn genas zijn liefje van haar blindheid, waardoor de bewaker en de rest van zijn familie zich bekeerden tot het christendom.
Liefde scheen toch niet alles te overwinnen, want inmiddels was de keizer het kleffe gedoe van Valentijn beu. Op 14 februari, in het jaar 270 na Christus, liet hij de priester onthoofden. Op de valreep schreef hij zijn lief een briefje met daarop de herkenbare woorden ‘van je Valentijn’.
Of het allemaal echt precies zo is verlopen, dát weet niemand zeker. Wat we je wel kunnen verzekeren, is dat deze mélange van fictie en werkelijkheid de harten van verliefde mensen eeuwen later nog altijd sneller doet kloppen.