Aanslepend sociaal conflict bij Ryanair is voorbij
De Ierse budgetvlieger kende in 2018 een bewogen jaar op sociaal vlak. In verschillende landen, België incluis, waren er stakingen van piloten en/of het cabinepersoneel. Steevast eisten ze de toepassingen van de nationale arbeidswetgeving, en niet de Ierse, en betere werkomstandigheden.
Overwinning voor personeel
In oktober kwam al een akkoord uit de bus om de Belgische arbeidswetgeving toe te passen op het eigen personeel. Dat leidde eerder deze maand tot de goedkeuring van de nodige cao met afspraken rond lonen en uurroosters door de Belgische piloten. Nu volgt volgens LBC dus een akkoord voor het personeel bij onderaannemer Crewlink. De 350 leden van het cabinepersoneel van Ryanair in dienst bij Crewlink krijgen tussen 1 april dit jaar en 1 mei 2019 een contract bij Ryanair zelf. Crewlink zal dan de activiteiten stoppen in België. "Dit is een geweldige overwinning voor het personeel. Ook het handvol personeelsleden bij onderaannemer Workforce in ons land maakt de overstap", aldus LBC.
De bond hoopt nu - in navolging van de piloten-cao - in maart een cao te kunnen afsluiten rond de loon- en arbeidsvoorwaarden van al het cabinepersoneel, zodat de achterban zich in april zou kunnen uitspreken. Voor die onderhandelingen was het wachten op de uitkomst van het overleg rond het cabinepersoneel bij de onderaannemers, klinkt het bij de vakbond.
Stap vooruit
Dat de mensen bij Crewlink en Workforce naar Ryanair verkassen, is vooral goed nieuws voor de mensen actief op Brussels Airport: daar is het overgrote deel actief bij de onderaannemers. In Charleroi, waar Ryanair al langer actief is, zijn meer eigen mensen aan de slag.
Crewlink werkte volgens LBC "met nog slechtere contracten dan Ryanair", een deel werkte bijvoobeeld met nulurencontracten, zonder een minimaal aantal uren. "Dit soort contracten is onwettelijk volgens het Belgische arbeidsrecht. Vermits het personeel nu een contract van Ryanair zelf krijgt, valt die onzekerheid weg", zegt LBC. En het volledige personeel zal na de overgangsperiode, vanaf 1 april volgend jaar onder het Belgische arbeidsrecht vallen. Concreet zullen ze dus recht hebben op onder andere ziekteverlof, moederschapsrust, betaald verlof en een minimumloon, klinkt het. Een stevige stap vooruit en meer financiële zekerheid, besluit de bond.