Amsterdamse studenten gaan op kot met asielzoekers
Volgens wethouder, vergelijkbaar met een schepen, Laurens Ivens is het grootste probleem bij het huisvesten van erkende vluchtelingen in Amsterdam niet de weerstand onder de bevolking, maar te weinig aanbod op de woningmarkt. «Amsterdam groeit met duizend inwoners per maand en verschillende groepen concurreren al met elkaar om een huis. Daarom bouwen we er woningen bij», vertelt hij in de Nederlandse krant Trouw.
De stad heeft berekend dat er tussen 2016 en 2018 in totaal 9.900 woningen nodig zijn om te voldoen aan de vraag naar betaalbare woningen voor kwetsbare groepen. Hieronder vallen studenten en asielzoekers, maar ook bijvoorbeeld ex-daklozen en slachtoffers van huiselijk geweld. Bestaande gebouwen zullen worden opgeknapt en tijdelijke huizen gebouwd op vijf verschillende locaties. De woningen moeten tien jaar lang onderdak bieden.
Buddysysteem
Om te vermijden dat de erkende vluchtelingen geïsoleerd gaan leven van de rest van de stad, worden vijfhonderd woningen op die bepaalde plekken toegewezen aan studenten. Door beide groepen te mengen hoopt Ivens dat er een soort buddysysteem' zal ontstaan waarbij studenten asielzoekers gaan helpen bij hun inburgering.
Amsterdam heeft van de overheid de opdracht gekregen 2.000 mensen op te vangen, maar de stad heeft als streefdoel 2.400 asielzoekers van een woning te voorzien. Op die manier wil de gemeente een deel van de achterstand goedmaken die ze in de voorgaande jaren heeft opgelopen. Dat doel zal voorlopig niet bereikt worden omdat de nieuwe woningen pas volgend jaar klaar zullen zijn. Ivens hoopt nog voor de zomer meer nieuwe locaties te vinden. De stad Amsterdam zal het hele project zelf financieren.
Foto Pixabay