App maakt bevallingen in Ethiopië een pak veiliger

Bijna negen op tien bevallingen in Ethiopië gebeurt thuis, met nauwelijks enige vorm van medische begeleiding. Als er iets fout loopt, is de afloop vaak fataal. Om daar verandering in te brengen, snelt een app te hulp.
door
Kevin
Leestijd 2 min.

In Ethiopië bevallen de meeste vrouwen thuis. Een ziekenhuis wordt enkel opgezocht wanneer complicaties optreden en vaak is het dan al te laat. De enige begeleiding is vaak een vroedvrouw met beperkte opleiding of een familielid of buurvrouw. De 'Safe Delivery App' wil dat gebrek opvangen door behulp van simpele instructies en animaties die aangeven wat er moet gebeuren als er complicaties optreden.

De app is een initiatief van de Deense ontwikkelingsorganisatie Maternity Foundation. "De lokale vroedvrouwen hebben vaardigheden en kennis, maar ze hanteren niet altijd de juiste methodes als er complicaties optreden", aldus Mesfin Wondafrash van Maternity Foundation aan AFP.

Een jaar lang kregen vroedvrouwen in Gimbi, in het westen van Ethiopië, 78 gsm's met de app. In die tijd werd er heel wat vooruitgang geboekt. "Op een jaar tijd steeg het aantal vroedvrouwen dat bloedingen correct kan aanpakken van 20 naar 60 procent. Reanimatie van pasgeboren baby's steeg van 30 naar 70 procent", voegt Wondafrash toe.

"Het voordeel van de app over een boek, is dat alles eenvoudig te begrijpen, eenvoudig te updaten en eenvoudig te raadplegen is", zegt Anna Frellsen, voorzitter van de Maternity Foundation. "Met de Safe Delivery App kunnen we een van de grootste problemen van kraamsterfte overkomen, namelijk het gebrek aan geschikte begeleiders bij geboortes. We kunnen nu zorgwerkers aanspreken die normaal gezien moeilijk te bereiken zijn", aldus Frellsen.

De app wordt momenteel ook getest in Ghana en zal binnenkort ook verkrijgbaar zijn in Tanzania, Guinee en tal van andere plaatsen. Het doel is om 10.000 zorgwerkers te bereiken tegen 2017. "Als we daarin slagen, zorgen we voor een veiligere geboorte voor ongeveer één miljoen vrouwen", besluit Frellsen.