Brits topduo lost verwachtingen in

.

De 76ste editie van de Gentse Zesdaagse is er eentje die nog even in het geheugen zal blijven hangen. Niet alleen strikte de organisatie een deelnemersveld om duimen en vingers bij af te likken, de hoofdrolspelers maakten er ook nog eens een razend spannend spektakel van.

Wiggins en Cavendish gingen de slotdag in als leiders, met een ronde voorsprong op hun naaste belagers: het Belgische duo Moreno De Pauw/Kenny De Ketele en het Italiaans-Belgische tweetal Elia Viviani/Iljo Keisse.

In de eerste puntenkoersen wisten de twee achtervolgende koppels die bonusronde meteen uit, waardoor de afsluitende ploegkoers voor de beslissing moest zorgen. Op achttien ronden van het einde forceerde Wiggins daarin de beslissing.

De voormalige Tourwinnaar ontbond zijn duivels en kwam dertien rondjes later opnieuw aansluiten. De bonusronde was een feit en zo ging de eindzege naar de Britse wereldkampioenen. Voor Wiggings is het de tweede overwinning in zijn geboortestad, 13 jaar na de vorige. Cavendish kon nog nooit eerder zegevieren in Gent.

De Pauw en De Ketele moesten vrede nemen met de tweede plaats, terwijl publiekslieveling Keisse samen met Viviani op de derde podiumtrede belandde.

Na afloop gaf Wiggins nog uitsluitsel over de vraag die iedereen zich stelt: was dit op zijn 39ste zijn laatste kunstje als wielrenner? «Ik denk niet dat ik nu al ga stoppen», liet de Brit optekenen. «Ik heb nog goede benen dus zou het maar al te gek zijn om nu al een streep te trekken onder mijn carrière. Dat zijn zorgen voor later. Dit was wél mijn laatste race als koppel met Cavendish.»