Daarom eten we popcorn in de bioscoop
In onderstaand filmpje van MentalFloss wordt uitgelegd hoe het komt dat popcorn zo'n populaire filmsnack is. Een korte samenvatting:
Oorspronkelijk werd popcorn voornamelijk verkocht op kermissen en in het circus. Doordat het zo goedkoop en vooral gemakkelijk was om te maken, werd de snack steeds populairder. Zeker toen de op stroom draaiende draagbare popcornmaker werd uitgevonden (1885) in Amerika.
Wanneer de eerste kleine Nickelodeon filmzalen werden gebouwd, hadden enkele slimme verkopers het idee om een kraampje aan de ingang van de zalen te zetten. In de jaren '20 ontstonden de eerste echte bioscopen, maar daar was het verboden om te eten of te drinken. Dit om te voorkomen dat er vlekken op de zetels en tapijten werden gemaakt.
In de jaren '30 lieten enkele bioscoopuitbaters het dan toch toe om buiten de zaal snacks en drankjes te verkopen. Eén van de voornaamste redenen hiervoor is dat de eerste films met geluid werden uitgebracht, en de geluiden van iemand die luid aan zijn rietje zuigt of grabbelt in een zakje nootjes zouden minder voor afleiding zorgen. De Grote Depressie kan eveneens als reden aangehaald worden. Naar de bioscoop gaan, was toen nog een van de goedkoopste vrijetijdsbestedingen. Hierdoor konden mensen het zich ook veroorloven om een paar cent te betalen voor een versnapering.
De verkopers van de snacks moesten uiteraard een vergoeding betalen aan de bioscoopeigenaars om hun kraampje op te stellen. Gedurende de economische crisis moesten er heel wat cinema's de deuren sluiten, maar velen onder hen zagen het voordeel in de verkoop van eten en drinken in de zalen. Door de prijs van het filmticket te verlagen en zelf popcornkraampjes in de gebouwen te plaatsen, kon er voldoende winst gemaakt worden. Nog steeds halen bioscoopcomplexen een heel groot deel van hun winst uit de verkoop van consumptiegoederen.
Foto Pixabay