Drones moeten file na ongeval sneller oplossen

De Federale Wegpolitie gebruikt sinds kort twee drones om ongevallen op de autosnelwegen sneller op te lossen. Zo kunnen de hulpdiensten de snelweg sneller vrijmaken en slepen files minder lang aan.
door
Belga
Leestijd 2 min.

Het is het Belgisch Instituut Voor de Verkeersveiligheid (BIVV) dat de onbemande vliegtuigjes ter beschikking stelt aan de politie. Tot voor kort moest de politie gebruik maken van fotogrammetrie, de techniek die het mogelijk maakt ruimtelijke metingen te verrichten vanaf foto's of andere digitale beelden.

De techniek zorgt voor nauwkeurige vaststellingen, maar ook voor een snellere afhandeling van een ongeval. De betrokken voertuigen moeten immers niet blijven staan tot alles ter plaatse is opgemeten.

Volledig beeld

De drones die de politie nu ter beschikking krijgt, zijn daarop een handige aanvulling. Ze kunnen met hun vogelperspectief zelfs al in enkele minuten een volledig beeld creëren van de hele ongevalssite. “Onze hypermoderne drones helpen de politie om de ongevalsscène sneller en nog scherper in kaart te brengen”, zegt Karin Genoe, afgevaardigd bestuurder van het BIVV. “Daardoor worden de files na een ongeval korter en worden ongevallen vermeden.”

Als de drones niet ingezet kunnen woorden door bijvoorbeeld slechte weersomstandigheden of bij een ongeluk in een tunnel, kan de polittie nog steeds terugvallen op de klassieke werkwijze, klinkt het.

Onderzoek naar verkeersveiligheid

Het BIVV hoopt op termijn de drones ook te kunnen gebruiken voor zogenaamd diepteonderzoek, waarbij de oorzaak van ongevallen wordt nagegaan met het oog op wetenschappelijk onderzoek, dat dan weer kan gebruikt worden door bijvoorbeeld de overheid of de autoindustrie om de verkeersveiligheid nog te verbeteren.

Onder meer in Duitsland bestaat die praktijk al jaren maar in België ontbreekt het momenteel nog aan een wetgevend kader daarvoor. Het BIVV hoopt dat daar snel verandering in komt, zodat diepteonderzoek snel in de praktijk kan uitgevoerd worden. “Zo kunnen we verdere stappen zetten naar een veiliger verkeer voor ons allen”, besluit Genoe.