«Durf internationaal te gaan»

Toen Mieke Fordeyn in 1993 recht van de schoolbank aan de slag ging bij Jan De Nul Group, was ze een van de weinige vrouwen in het familiebedrijf. Waarom vindt zij dat vrouwelijke ingenieurs moeten durven te solliciteren?
door
marketing
Leestijd 2 min.

Mieke Fordeyn (46) staat als Director International Division bij Jan De Nul aan het hoofd van de bagger- en offshore projecten zoals windturbines installeren of kabels leggen op zee. Goed voor 5.000 mannen en vrouwen onder haar.

Dat de bouwwereld een mannenwereld is, heeft nooit in het nadeel van Mieke gespeeld. “Integendeel”, zegt ze. “Omdat de bemanning aan bvoord soms dacht dat ik technisch niet zo onderlegd was, legden ze me alles veel gedetailleerder uit. Ook problemen en andere zaken vertelden ze me sneller. Zo wist ik vaak meer dan mijn collega's. Tegelijkertijd veranderde de sfeer bij onderhandelingen of discussies in het bijzijn van een vrouw.”

Van de schoolbank rechthet vliegtuig in

Terwijl Mieke opklom in het familiebedrijf Jan De Nul, kwamen er meer en meer vrouwen werken. “We werven het liefst ingenieurs aan meteen na afstuderen, om ze zelf verder op te leiden. Omdat we zo'n specifiek bedrijf zijn, is het moeilijker om later in te stappen.”

“Aan jonge dames adviseer ik zich niet te laten hinderen door de mogelijke problemen die een job in het buitenland met zich mee kan brengen. Sommigen durven niet bij ons te beginnen omwille van kinderen. Maar ik ondervond zelf dat je altijd wel oplossingen vindt.”

“Zelf ben ik mama van drie. Ik herinner me nog goed hoe ik twee van hen meenam op het vliegtuig naar Singapore. Het gaf een paar moeilijke nachten, maar tegelijkertijd werd er ook in het buitenland goed voor hen gezorgd als ik werkte. Of kwamen familie en vrienden even bij me op vakantie om mee voor hen te zorgen.”

“Alle problemen zijn op te lossen”, besluit ze. “Waardoor je een heel boeiende loopbaan kunt combineren met een fijn privé-leven.”