Euthanasie voor assisen: Steenbrugge dient klacht in tegen Fernand Keuleneer
Advocaat Walter Van Steenbrugge wil een klacht indienen tegen Fernand Keuleneer, die zich van de stafhouder van de Gentse balie moest terugtrekken als advocaat van de burgerlijke partij, voor schending van het beroepsgeheim. Dat maakte hij bekend in zijn pleidooi vanavond voor de uitvoerende arts. Keuleneer was plaatsvervangend lid van de euthanasiecommissie tijdens de behandeling van de zaak Tine Nys, en volgens Van Steenbrugge moeten alle stukken die de advocaat indiende in de rechtszaak geweerd worden.
Volgens de verdediging is het van cruciaal belang dat de euthanasiewet geen straf voorziet voor het schenden van de voorwaarden. "Er staat daar geen straf op. Dat heeft de minister van Justitie ook net nog gezegd in De Zevende Dag", pleitte Van Steenbrugge. "Waar wel een straf op staat is artikel 12 van de euthanasiewet. (Eenieder die, in welke hoedanigheid ook, zijn medewerking verleent aan de toepassing van deze wet, is verplicht tot geheimhouding van de gegevens die hem in de uitoefening van zijn opdracht worden toevertrouwd en die hiermee verband houden. Artikel 458 van het Strafwetboek is op hem van toepassing). De leden van de euthanasiecommissie verwezen trouwens naar het beroepsgeheim en het geheim der beraadslagingen, toen ze zeiden dat ze het nut niet inzagen van een verhoor."
Van Steenbrugge verwees naar het incident tijdens het proces. Wim Distelmans, de voorzitter van de Federale Controle- en Evaluatiecommissie Euthanasie, had vorige week woensdag op vraag van Jef Vermassen bekendgemaakt wie in de commissie zetelde op het moment van het dossier van Tine Nys. Daaruit bleek dat Fernand Keuleneer, de advocaat van de zussen en broer Nys, aanwezig was als plaatsvervangend lid.
"Distelmans liet toen de naam vallen van Keuleneer", pleitte Van Steenbrugge. "Keuleneer heeft dat altijd verzwegen. (..) Ik heb hier een klacht tegen Fernand Keuleneer voor schending beroepsgeheim. (..) Hij heeft met de informatie die hij bekomen heeft, zijn cliënten bijgestaan. Hij heeft stukken neergelegd in dit dossier. Die stukken zijn bekomen op grond van een misdrijf, schending van het beroepsgeheim. Die moeten geweerd worden en de jury mag alleen oordelen op grond van toegelaten bewijsmateriaal."
bron: Belga