Hollande en Merkel herdenken Slag bij Verdun
Dit jaar is het precies 100 jaar geleden dat één van de bloedigste en langste slagen in de geschiedenis van de Eerste Wereldoorlog plaatsvond. Van eind februari tot half december 1916 moordden de Duitse en Franse troepen elkaar uit zonder daarbij strategische voordelen te verwerven. Vandaag staat de Slag bij Verdun symbool voor de zinloze slachting van mensenlevens. Zo'n 300.000 mensen kwamen om het leven en er vielen 400.000 gewonden.
Frans-Duitse vriendschap
Merkel en Hollande brachten eerst een bezoek aan de Duitse militaire begraafplaats in Consenvoye, waar ze samen een krans neerlegden. In 1984 reikten hun voorgangers president François Mitterand en bondskanselier Helmut Kohl elkaar de hand op diezelfde plek, wat de verzoening tussen beide landen symboliseerde. Vervolgens trokken ze naar Verdun om de kinderen van de Franse stad die tijdens de oorlog omkwamen te herdenken. «We worden allemaal opgeroepen om de herinnering voor de toekomst levend te houden. Alleen wie zijn verleden kent, kan iets leren en zo een mooie toekomst bouwen», zei Merkel. «Verdun is een stad die het slechtste belichaamt waar Europa ten onder ging, 100 jaar geleden. Maar ook het mooiste, omdat de stad erin geslaagd is om zich te verenigen in het teken van de vrede en de Frans-Duitse vriendschap», voegde Hollande toe.
Knekelhuis
Nadien bezochten de politieke leiders het dorp Fleury-devant-Douaumont om een voor 12,5 miljoen euro volledig gerenoveerd herdenkingsmonument te bezichtigen en om een plechtigheid bij te wonen in het knekelhuis van Douaumont. Daar worden sinds 1927 de botten van naar schatting 130.000 niet-geïdentificeerde militairen bewaard.
Foto AFP / J.C. Verhaegen