Maakt het ons gelukkiger om minder spullen te hebben?
Nadat onze online aankoopwoede is gaan liggen en we onze pakketjes hebben opengescheurd, kan het schuldgevoel weleens komen aankloppen. Al die spullen, al die rommel, hebben we dat wel écht nodig? Misschien ben je zelfs gelukkiger met veel minder, denk je af en toe.
Eeuwenlange afkeer
'Ontspullen' lijkt dankzij de Japanse opruimgoeroe Marie Kondo helemaal hip. Toch is zij niet de eerste die komt met het idee dat we teveel hebben. "Het verlangen naar eenvoud is zo oud als de mensheid zelf", vertelt docent sociologie en cultuurkritiek Walter Weyns (UAntwerpen) in De Wereld van Sofie op Radio 1. "Kijk maar naar kluizenaars die zich terugtrokken in de woestijn. Of paters en nonnen in een abdij: het hele kloosterleven is gebaseerd op de gedachte dat de samenleving te ijdel is en dat je je daarvan moet afkeren."
Volgens Weyns was ook het modernisme een poging om onszelf van dat verleden te bevrijden. "Adolf Loos was bijvoorbeeld een architect die elk ornament een misdaad vond. Ook de futuristen wilden alle muffe, versteende en zielloos geworden dingen verwijderen. Dat gebeurde vanuit hetzelfde idee: we mogen niet de slaaf zijn van onze eigen spullen." Voor je het weet, waarschuwt de docent, dirigeren je spullen jou in plaats van omgekeerd.
De weg naar geluk
Dus wonen we voortaan beter in een praktisch leeg huis? Dat hoeft niet per se voor Weyns. "Ik zie de afgelopen 150 jaar wel een verschuiving in het belang van dingen die een betekenis hebben naar dingen die een functie hebben. We omringen ons almaar meer met dingen die een functie, maar verder geen betekenis hebben", legt hij uit. De oproep van iemand als Marie Kondo is eerder om je te omringen met dingen die je ràken, die iets bij je opwekken. Wanneer je emotioneel geraakt bent door een object opent dat volgens hem je verbeelding. "En dat is net het mooiste wat er is", voegt de docent toe.
Let wel: als je tapijt je doet snotteren, kan dat ook gewoon aan je huisstofmijtallergie liggen...
Foto Pexels