Mensen kunnen blootstelling aan luchtvervuiling moeilijk ontwijken
De proefpersonen, in dit geval zeven inwoners van Brussel, droegen tijdens het onderzoek sensoren die verbonden waren met hun telefoon en die de blootstelling aan PM2,5 konden meten tijdens hun dagelijkse routines en trajecten. PM2,5 is een vorm van fijnstof waarvan de deeltjes kleiner zijn dan 2,5 micrometer. Deze worden in verband gebracht met longaandoeningen, hart- en vaatziektes en verslechterde hersenfuncties.
Woning en transport
Naast het verzamelen van gegevens namen de proefpersonen ook deel aan interactieve bijeenkomsten over luchtvervuiling. Daar konden ze vragen stellen en vertellen waarom ze deze wetenschappelijke coproductie willen doen slagen. In de tweede fase combineerde onderzoeker Nicola Da Schio, lid van het VUB-Cosmopolis Centre for Urban Research, de opgemaakte profielen van de deelnemers met de harde gegevens van hun gemeten blootstelling aan PM2,5. Dat leverde een rigoureus wiskundig model op van de luchtvervuiling, maar toonde ook meteen hoe complex het is voor mensen om luchtvervuiling te vermijden.
"De belangrijkste plaatsen voor individuele blootstelling aan luchtvervuiling blijken de woning en transportmiddelen te zijn. Daarbij bleken de verschillen tussen mensen opvallend groot: onder meer de precieze woonplek, reistijden en activiteiten zijn zeer bepalend", stelt Da Schio. "Luchtvervuiling is een collectief probleem dat om collectieve oplossingen vraagt waarin volksgezondheid, mobiliteit en milieuprioriteiten samenkomen", besluit de onderzoeker.