Militaire vluchten voor kinderen oogsten kritiek

Aan weerszijden van het parlement is kritiek te horen op het nieuws dat enkele kinderen met militaire vluchten gerepatrieerd zijn. Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken (N-VA) spreekt van geïsoleerde gevallen.
door
Xavier
Leestijd 1 min.

In ons land zijn er verschillenden procedures voor de repatriëring van personen naar hun thuisland. Drugsdealers, verkrachters en gewelddadige vreemdelingen worden meestal onder politiebegeleiding met special flights, of militaire vliegtuigen, vervoerd. Uit inspectieverslagen die De Standaard kon inkijken, blijkt dat ook minstens 23 minderjarigen met hun familie op zo'n vlucht gezet zijn.

Volgens de staatssecretaris gaat het om uitzonderlijke middelen die pas in laatste instantie worden ingezet, verklaarde hij in De Ochtend. "En zeg nu zelf: zeven gezinnen in vier à vijf jaar, dat kun je toch geen standaardpraktijk noemen."

Toch kwam er zowel uit de coalitie als de oppositie kritiek op het nieuws. Regeringspartij CD&V vraagt bij monde van Nahima Lanjiri voor alternatieven om de jongeren uit te wijzen. Het Kamerlid pleit ook voor de invoering van een permanente commissie voor het verwijderingsbeleid, "om uitwijzingen op een transparante manier te laten verlopen en misstanden te vermijden".

De toon van oppositiepartij Groen was scherper. "Staatssecretaris Theo Francken behandelt kinderen als criminelen", aldus Kamerlid Wouter De Vriendt. "Militaire deportaties van kinderen staan haaks op de normen en waarden van een Westerse democratie."