Pendelaar Annelies: "Als leerkracht moet je vooral goed kunnen luisteren"

Elke week grijpt Metro een pendelaar bij de kraag voor een kort gesprek. Achter elke anonieme reiziger schuilt immers een verrassende persoonlijkheid. Deze week is het de beurt aan Annelies Moons, een 33-jarige docent godsdienst. 
door
Mare
Leestijd 3 min.

ZICHT

“Zou je liever blind of doof zijn?”, die vraag vond ik altijd vreselijk om te beantwoorden. Meestal koos ik uiteindelijk doof. Ik reis heel graag en zou het me niet kunnen voorstellen dat ik al die mooie plekken niet meer kan zien. Tot ik een paar jaar geleden in Indonesië een blinde man ontmoette toen we een waterval bezochten. Hij was er net als ons op vakantie. Terwijl wij vooral keken en foto's namen, tastte hij de omgeving af en luisterde naar het geraas. Toen dacht ik: zo kan het dus ook.

GEHOOR

Festivals zijn voor mij de muzikale hoogmis van het jaar. Zoveel groepen op zo'n korte tijd en in een leuke sfeer: fantastisch! Al voel ik me voor Camping Chill op Pukkelpop ondertussen wel wat te oud. (lacht) Muziek heb ik vooral zelf ontdekt, maar er zijn ook genres en artiesten die ik van thuis meekreeg. Mijn mama kuiste vroeger altijd op platen van Bruce Springsteen en van mijn vader heb ik kleinkunst leren kennen, een genre waar ik anders als jongere niet zo makkelijk toegang tot had gevonden.

SMAAK/SPRAAK

Het klopt niet dat leerkrachten veel en goed moeten kunnen praten. Je moet vooral goed kunnen luisteren. Bij een vak als godsdienst is het belangrijk om te weten wat er leeft onder leerlingen of studenten. Ik ben godsdienstwetenschappen gaan studeren om beter te begrijpen wat mensen drijft in hun geloof. Mijn ouders bijvoorbeeld, die heel katholiek zijn, of de mensen die ik ontmoette toen ik in het middelbaar met Damiaanactie naar Congo ging en in situaties zat waar je God al snel afvallig zou worden.

REUK

Ik heb nogal een sterk ontwikkeld reukorgaan. Onlangs is de achterruit van mijn auto ingeslagen. Toen ik er voor het eerst terug mee reed, rook mijn wagen plots naar vis. Ik vond maar niet waar die geur vandaan kwam en heb alle scenario's afgelopen: “Mijn auto stond vlakbij de markt geparkeerd, hebben ze misschien een blok ijs van het viskraam gebruikt om het raam in te slaan en is dat gesmolten in mijn koffer?” Ik ben overal gaan snuffelen. Uiteindelijk bleek die geur van het nieuw raam te komen!

TAST

Ik zit er niet mee om iemand eens goed vast te nemen. Bij leerlingen ga ik dat niet zo snel doen, maar soms komen ze wel naar mij. Ik weet niet hoe dat komt, misschien omdat ik als leerkracht geen rol speel? Voor de klas gedraag ik mij niet anders dan daarbuiten. Soms moet ik daar wel mee opletten. Onlangs heb ik na het laatste lesuur voor het weekend iets te enthousiast afscheid genomen van een klas laatstejaars met de woorden “Toedeloe, motherf*ckers!”. Het was eruit voor ik het besefte! (lacht)

ZESDE ZINTUIG

Tijdens mijn studententijd had ik van een vriendin een flesje wijwater uit Lourdes gekregen. In de blokperiode nam ik voor elk mondeling examen een beetje van dat water om snel een kruisteken te maken. Eén keer ben ik het vergeten. Ik had nog een half uur voor het examen en ik heb me toen echt terug gehaast naar mijn kot voor dat flesje. Ik was er echt van overtuigd dat me dat geluk zou brengen. Ik ben geslaagd en het ligt nog altijd ergens bij me thuis, al heb ik het sindsdien niet meer gebruikt.

Tekst Pieter Lantsoght, Foto Janne Vanhemmens