Pendelaars lopen meer risico op een burn-out
Van woon-werkverkeer werd lange tijd gedacht dat het positieve kanten had. Zo heb je voor je aan je dagtaak begint nog even tijd om te ontspannen en kan je s avonds na het werk even uitrusten. Nieuwe bevindingen suggereren echter het tegenovergestelde.
Stress
Canadese onderzoekers namen zo'n 2.000 pendelaars onder de loep. Allemaal zijn ze tewerkgesteld in 63 organisaties in Quebec. «Uit de analyse blijkt dat er een sterke samenhang is tussen pendelen, stress en het risico op een burn-out», legt onderzoekster Annie Barreck van de universiteit van Montreal uit. «Al verschilt die samenhang wel van vervoersmiddel tot vervoersmiddel.»
De pendelaars die met de auto naar grote steden rijden, zijn het meest gestresseerd. Mensen die richting het platteland trekken, hebben dan weer minder stress. Opvallend, passagiers ervaren meer stress dan de autobestuurder zelf. «Carpooling vermindert het gevoel van controle, waardoor passagiers een constant gevoel van stress hebben nog voor ze op de werkvloer zijn gearriveerd.»
Wie het woon-werkverkeer aflegt met het openbaar vervoer, voelt zich minder productief op de werkvloer. Dit geldt zeker voor plattelandsbewoners. «Bussen of treinen op het platteland zijn minder goed bediend, waardoor onvoorziene vertragingen dagelijkse kost zijn. Pendelaars nemen daardoor heel wat frustraties en zenuwachtigheid mee naar de werkplek», aldus Barreck. Het tegenovergestelde geldt voor de bus- en treingebruikers in grote stedelijke gebieden.
Cynisme
Wie langer dan 35 minuten aflegt naar het werk, zal zich hoogstwaarschijnlijk cynisch gedragen op het werk.<EP>Barreck benadrukt dat het de taak is van werkgevers om de stressniveaus te doen dalen. Ze denkt daarbij aan het toelaten van flexibele werkuren zodat reizen buiten de piekmomenten mogelijk is. «Een flexibeler woon-werkverkeer verhoogt de productiviteit en stelt bedrijven in staat om getalenteerde werknemers aan te trekken en te behouden.»