Premier kruipt door het stof voor steun aan Saoedi-Arabië
Saoedi-Arabië heeft voor het eerst in de geschiedenis van het land een plekje gekregen in de vrouwenrechtencommissie van de Verenigde Naties. Daartoe werd besloten in een geheime stemming. De beslissing kon op heel wat kritiek rekenen, omdat het land vaak in het nieuws komt met de onderdrukking van zijn vrouwelijke inwoners.
Niet op de hoogte van de vraag
Het officieel standpunt van België werd nog niet meegedeeld, maar minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders (MR) liet woensdag in de Kamercommissie wel verstaan dat hij voor de toetreding van het Arabisch land had gestemd. De minister verklaarde dat hij niet op de hoogte was van de vraag om een stemming.
De positie van ons land deed aan weerskanten van het parlement heel wat stof opwaaien. Meerderheidspartijen N-VA, CD&V en Open Vld verklaarden zelfs gezamenlijk dat ze hun eigen regering erover wilden ondervragen.
"Ik betreur de stemming"
"Mochten we het opnieuw kunnen doen, dan zouden we geen steun geven voor die stemming", verantwoordde de premier zich. Hij legde uit dat er doorgaans aan dergelijke benoemingen geen stemming voorafgaat. Er zaten maar enkele uren tussen het moment waarop het ministerie van Buitenlandse Zaken op de hoogte was en het antwoord moest worden doorgespeeld, aldus de eerste minister.
"Ik betreur die stemming", aldus Michel, die benadrukte dat er geen dubbelzinnigheid bestaat over de houding van de federale regering rond vrouwenrechten. Hij beloofde ook dat de regering conclusies trekt voor de toekomst en dat voortaan aan dergelijke stemmingen overleg op het hoogste niveau zal voorafgaan.
Vizier gericht op Reynders
De verduidelijking van de premier leek de gemoederen bij de oppositie niet te kunnen bedaren. Voor de PS moet de buitenlandminister ontslag nemen. "Hij heeft verklaard dat hij niet op de hoogte was. Hij heeft gelogen", brieste Gwenaelle Grovonius. Raoul Hedebouw (PVDA) wil dat er een debat komen over het functioneren van Reynders. Olivier Maingain (DéFI) stelde dat de regering niet alleen spijt kan betuigen. "Nu gaat het over de verantwoordelijkheid van de minister."