Regisseur Amat Escalante over het "ongezond machismo" in 'La región salvaje':

Het is niet niks om op te groeien in een land als Mexico, waar seksualiteit in veel gebieden nog strak aan de katholieke ketting ligt. Hetero mannen zijn er koning, alle anderen houden zich beter koest. In zijn fascinerende en bijzonder originele drama ‘La región salvaje' laat regisseur Amat Escalante zien welke monsterlijke gevolgen die mentaliteit heeft. Dat ‘monster' mag je overigens zeer letterlijk nemen, want er is een cruciale rol weggelegd voor een buitenaards wezen met allerlei sensuele tentakels.
door
Heleen
Leestijd 4 min.

Amat Escalante: “Ik vond de inspiratie voor ‘La región salvaje' in een Mexicaans krantenartikel over de wrede moord op een homoseksuele verpleger. Dat was op zich al erg genoeg, maar de kop boven het artikel maakte het eigenlijk nog erger. ‘Mietje verzopen' stond er. Ik was geschokt toen ik dat las. Het zegt iets over een maatschappij dat een krant zoiets durft te schrijven.”

Het lijkt me niet meteen geloofwaardige journalistiek.

“Dat is het ook niet, maar het is wel de meest gelezen krant in de streek waar ik vandaan kom. Dat is net het probleem. In plaats van de lezers in te lichten, maakt zo'n krant de mensen enkel dommer. Ze verspreidt onwetendheid. En je ziet overal dat zulke media succes oogsten. Die krant wordt wekelijks gepubliceerd en elke week zitten de mensen erop te wachten, om de laatste roddels en sensationele berichten te lezen. Er straalt een machismo van uit die ik enkel ongezond kan noemen. Daar wou ik het over hebben in mijn film.”

Je doet het opvallend genoeg door er een soort seksmonster bij te betrekken. Had je geen schrik dat je uitgelachen zou worden?

“Ik heb altijd schrik als ik een film maak. Ik zit vol twijfels. Dat is normaal voor mij. Ik neem zo'n beslissing ook niet voor mijn plezier maar omdat ik ervan overtuigd ben dat de film er sterker en rijker door wordt. Mijn grote voordeel is dat ik mijn zin kan doen omdat ik werk met een eerder laag budget. Ik hoef geen rekening te houden met producenten of studiobonzen die me constant zeggen wat ik moet doen om de commerciële kansen van de film gaaf te houden. ‘La región salvaje' moet het niet hebben van zijn sterren. Dit is een persoonlijke film die risico's neemt. Ik twijfel er trouwens niet aan dat sommige kijkers hem een mislukking zullen vinden. Maar ik weet ook dat veel anderen zich wel aangesproken zullen voelen.”

‘La región salvaje' is geen horror maar leunt wel nauw aan bij het genre. Zie je jezelf ooit een volbloed griezelfilm maken?

“Dat zou best kunnen. Het is een van de redenen waarom ik ‘La región salvaje' heb gedraaid. Ik wil hevige reacties losweken bij mensen en er zijn twee genres die dat perfect kunnen: komedie en horror. Lachen en angst zijn allebei heel spontane reacties, en daar geniet ik van. Het is mijn doel om mensen te choqueren. Gewoonlijk doe ik dat binnen de grenzen van de realiteit. In mijn tweede film, 'Los Bastardos', toonde ik hoe iemand neergeschoten werd. Dat zie je in duizenden films, maar niet zoals ik het in beeld bracht.”

Je hebt de film gedraaid in je thuisstreek. Waarom vond je dat belangrijk?

“Dat was vooral een praktische overweging. Omdat ik daar opgegroeid ben, ken ik alle plekjes, in de bergen en de bossen. Ik krijg er ook veel steun van mijn vrienden en kennissen. Dit verhaal zou zich in principe in veel andere landen kunnen afspelen, maar door het te situeren in een gebied dat ik zo goed ken, krijgt het een bepaalde kleur. ‘La región salvaje' zit vol verwijzingen naar typische elementen uit die streek. Liedjes die ze daar zingen, woorden en gezegden die ik enkel daar hoor. Het is altijd een goed idee om dingen te vertellen die je kent. Het maakt een verhaal authentieker, ook al merkt de gemiddelde kijker het niet.”

Voel je je verbonden met de Mexicaanse regisseurs die intussen internationaal beroemd geworden zijn, zoals Alejandro González Iñárritu (‘The Revenant'), Alfonso Cuarón (‘Gravity') en Guillermo del Toro (‘Pan's Labyrinth')?

“Ja. Het mooie aan hun succes is dat die regisseurs ervan gebruik hebben gemaakt om beginnende Mexicaanse filmmakers een duwtje in de rug te geven. Alejandro González Iñárritu en Alfonso Cuarón hebben destijds mijn eerste script gelezen en hun mening gegeven, ook al kenden ze me niet. Dat is de reden waarom de Mexicaanse cinema vandaag zo bloeit. Voordien was het een heel gesloten systeem. Je kreeg enkel een kans als je een lange arm had. Dat is voorbij. Bij ons zijn regisseurs geen concurrenten maar collega's. Het resultaat is ernaar: toen ik in 2005 debuteerde, produceerde Mexico jaarlijks ongeveer 30 films. Vandaag zijn het er 130.”

Nog een laatste detail: hoe heb je in hemelsnaam die geweldige scène met de parende dieren gefilmd?

“Dat is allemaal het werk van onze Deense specialeffectsman Peter Hjorth. Hij is twee weken naar Mexico gereisd, heeft daar in samenwerking met trainers allerlei dieren in verschillende posities gefilmd voor een groen scherm. Telkens één dier per soort. Al de rest is in de computer gebeurd. Je kunt niet gewoon twee dieren bij elkaar zetten en wachten tot ze beginnen te paren. De meeste zouden weglopen of vechten.”

Er hebben dus geen dieren geleden? Of genoten?

(lacht) “Nee, ze waren enkel niet helemaal op hun gemak.”

Ruben Nollet

@rubennollet