Uber zet zichzelf op de kaart

Uber Technologies broedt op een eigen versie van Google Maps. Zo wil de taxidienst zijn afhankelijkheid van de internetgigant afbouwen. Bovendien is een eigen kaartennetwerk ook handig bij het inzetten van zelfrijdende wagens, een markt die Uber altijd met veel interesse gevolgd heeft.

Volgens de Britse krant Financial Times heeft Uber al een legertje auto's op pad gestuurd in de Verenigde Staten en in Mexico om het nodige beeldmateriaal te sprokkelen. Ook in andere landen staan er al voertuigen in de startblokken om het wegennetwerk in kaart te brengen. Een project dat ook bij de investeerders in de smaak valt, zo bewijzen de miljoenen euro's die de appbouwer bijeen wist te krijgen in de afgelopen financieringsrondes.

Het is niet de eerste keer dat Uber stappen zet in de richting van de navigatiekaartenmarkt. Zo snoepte het bedrijf de expert Brian McClendon weg bij Google Maps en nam het een team van dataverzamelaars over van Bing. En eerder al lijfde de appbouwer ook deCarta in, het bedrijf achter de software die in auto's van GM wordt gebruikt.

Maar de uitbreidingsdrang van Uber blijft niet beperkt tot een virtuele veroveringstocht. Ook in het echte leven wint de taxi-app aan terrein. Meer bepaald in China, waar het bedrijf fuseert met de grootste Chinese taxi-app en rivaal Didi Chuxing. Met de fusie komt er een einde aan een moordende concurrentiestrijd, die beide bedrijven al miljarden heeft gekost om klanten en chauffeurs in te lijven. Concreet betekent dit dat Uber 20% van het nieuwe, gefuseerde bedrijf in handen krijgt, terwijl Didi Chuxing 1 miljard dollar (890 miljoen euro) in Uber investeert.

Dankzij de fusie trekt Uber mogelijk naar de beurs.