VBO wil eengemaakt sociaal statuut
Het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) pleit in zijn magazine Reflect voor een vereenvoudiging van de sociale zekerheid. Zo droomt de werkgeversfederatie van één geharmoniseerd statuut voor werknemers, ambtenaren en zelfstandigen. Dat zou afgestemd zijn op het huidige stelsel voor werknemers met een "gelijkwaardige bijdrageregeling voor alle werkenden". Een harmonisering van de statuten komt volgens het VBO de arbeidsmarkt ten goede. "Het zou de sociale zekerheid van gemengde loopbanen sterk vereenvoudigen en de mobiliteit op de arbeidsmarkt veel aantrekkelijker maken", klinkt het. "Vandaag bestaan er te veel drempels die zo'n flexibele mobiliteit afremmen."
Vooral de pensioenen springen in het oog, zegt het VBO. "Het gemiddelde wettelijk pensioen verschilt sterk - zo'n 1.200 euro voor een werknemer en 2.600 euro voor een ambtenaar. Vroeger kon men het hoger pensioen voor ambtenaren nog rechtvaardigen als een vorm van uitgesteld loon", luidt het. "Intussen beenden de lonen en arbeidsvoorwaarden van de ambtenaren die van de werknemers bij. Dat is een valabel argument om de pensioenvorming van de ambtenaren af te stemmen op dat van de werknemers."
Ook de pensioenen van zelfstandigen - gemiddeld 900 euro - wil het VBO gelijkschakelen. "Dat moet dan in beide richtingen (bijdragen - uitkeringen) in verhouding gebeuren."
Naast een harmonisering van de sociale stelsels, pleit het VBO ook voor een uitzuivering van de uitzonderingen en afwijkingen binnen het werknemersstatuut. Zo moeten uitzonderingsregels voor bijvoorbeeld artiesten en voetballers op de schop, net als de opeenstapeling van verlofstelsels of de gelijkgestelde periodes. Ook het toekennen van uitkeringen los van de gezinssituatie moet worden bekeken.
Om de sociale zekerheid performant te houden, blijft in de eerste plaats meer mensen aan het werk krijgen van belang, benadrukt het VBO wel. "De efficiëntste en effectiefste manier van activeren is nog steeds een beperking in de tijd van de werkloosheidsuitkeringen. Zo neemt de federale sociale zekerheid de uitkeringen voor bijvoorbeeld twee jaar ten laste. Daarna is het aan de gewesten om voor de langdurig werkzoekenden een eigen opvolgings- en begeleidingsbeleid te voeren", klinkt het.
bron: Belga