"Yasmine zei in de dagen voor haar dood al enkele onrustwekkende dingen"

Volgende week is het precies tien jaar geleden dat Hilde Rens, alias Yasmine, uit het leven stapte. Haar boezemvriendin Martine Prenen kijkt terug op de laatste dagen voor haar dood.
door
koen.de.nef
Leestijd 3 min.

Op 25 juni 2009 beroofde Hilde Rens zich van het leven. Waarom ze dat deed, blijft de eeuwige vraag, maar de zangeres en presentatrice zat destijds niet goed in haar vel nadat er in april 2009 een einde was gekomen aan haar zesjarige huwelijk met Marianne Dupon. Haar omgeving zag dat ze het moeilijk had en ving haar op.

Moederinstinct

Het laatste weekend voor haar dood bracht Hilde door bij haar boezemvriendin Martine Prenen. “De hele tijd heeft ze rondgelopen in mijn badjas, zo'n rode van dikke, zachte knuffelstof. Die jas hangt nog altijd aan het haakje waar hij toen hing. Ik doe die nog af en toe aan, omdat die symbool staat voor haar aanwezigheid bij ons thuis. In gedachten zie ik Hilde nog altijd een dutje doen onder de grote eik in onze tuin. Een dekentje erover, ik die af en toe bij haar kwam zitten om over haar hoofd te aaien. Ik heb mijn moederinstinct serieus op haar kunnen botvieren dat weekend”, vertelt ze in Dag Allemaal.

Tuinslang in garage

Prenen had nooit verwacht dat Hilde enkele dagen later zo'n drastische beslissing zou nemen, al liet ze zich tijdens dat weekend toch enkele vreemde dingen ontvallen. “Ze heeft dat weekend wel over zelfmoord gepraat. Ze zei: ‘Ik heb al eens geprobeerd om mezelf op te hangen. In de garage, met een tuinslang.' Toen heb ik al grappend gezegd: ‘Allez Hilde, wie hangt zich nu op met een tuinslang?' We hebben daar zelfs nog om gelachen, echt onnozel over zitten doen. Ze zei ook dat ze soms vreemde gedachten had omdat ze zichzelf geen goede moeder en artiest vond. Onzin natuurlijk, zij lééfde voor haar kleine meisje. Was ze er nog maar geweest... Dan had ze Ella-Lou nu nog kunnen knuffelen”, klinkt het.

Naar huis gestuurd

De 55-jarige omroepster gelooft dat de dood van Hilde vermeden had kunnen worden. “Ik ben ervan overtuigd dat de duw in de verkeerde richting is gegeven door foute medicatie. En daarom zeg ik: haar dood had vermeden kunnen worden. Ze nam een antipsychoticum waar ze heel slecht op reageerde. Toen ze dat weekend bij ons was, bibberde ze over haar hele lijf. Ze liep ook echt te malen: ‘Ben ik wel goed genoeg?' ‘Heeft mijn leven wel zin?' Dat soort dingen. De bijsluiter van die pillen was ze kwijt, dus hebben we die op het internet opgezocht. Daarin stond: ‘Indien u suïcidale gedachten krijgt, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts.' Dus toen ze maandagochtend bij ons vertrok, is ze meteen naar de dokter gegaan. Ze kreeg een ander medicijn, waar ze nóg slechter op reageerde. Toen ze daarvoor naar het ziekenhuis ging, hebben ze haar gewoon naar huis gestuurd. Daar kan ik tien jaar later nog altijd niet bij”, vertelt ze.