Zweden gaat H&M-kledij gebruiken om energie op te wekken
Truien en jassen houden ons warm en dat gebeurt op meer manieren dan gedacht. In het Zweedse stadje Mälarenergi gebruiken ze kledij als alternatief voor fossiele brandstoffen.
In het Noordwesten van Stockholm ligt Mälarenergi, een stad die jarenlang draaide op hete kolen (letterlijk). Fossiele brandstoffen waren de voornaamste bron van energie en inkomsten. Maar nu duurzaamheid een steeds belangrijkere rol speelt in Zweden wordt er naar andere manieren gezocht om energie op te wekken. Een van de opvallendste initiatieven is het verbranden van afval, en dan in het bijzonder afgekeurde H&M-kledij.
Brandbaar materiaal
Jaarlijks wordt er in de Vasteras-centrale in Mälarenergi zo'n vijftien ton afgedankte kleding van H&M verstookt. "Voor ons is het een brandbaar materiaal", zegt Jens Neren, hoofd brandstof tegen het persbureau Bloomberg. Maar is de uitstoot van verbrand afval niet juist erg schadelijk? Volgens Amerikaans onderzoek komt er maar liefst vijf procent CO2 vrij bij het gebruik van verbrandingsovens.
Fossielvrij
Ondanks de twijfels van de nieuwe energiemethode heeft Zweden heeft wel de ambitie om tegen 2020 alleen nog maar groene energie op te wekken. Het merendeel van de Zweedse energie wordt al opgewekt dankzij waterkracht, nucleaire energie en windcentrales. Maar sommige gemeenten in afgelegen gebieden zijn nog steeds afhankelijk van kolen en olie om huizen en kantoren te verwarmen. Door oude koolcentrales om te bouwen, hoopt het Scandinavische land ook de laatste resten fossiele brandstoffen te bannen.