Schermen hebben slechte invloed op ontwikkeling kinderen, maar soort schermtijd is belangrijk

Televisie- computer- en smartphoneschermen hebben wel degelijk een negatieve impact op de ontwikkeling van kinderen. Al is het effect beperkt en vooral afhankelijk van het soort schermtijd, niet de hoeveelheid. Dat blijkt uit een studie bij ruim 14.000 kinderen, uitgevoerd onder leiding van het Franse nationale gezondheidsinstituut Inserm.

door
Belga
Leestijd 2 min.

Sinds hun geboorte in 2011, volgt Inserm met behulp van vragenlijsten en interviews een grote groep Franse kinderen op tot hun volwassenheid. Voor deze studie baseerden onderzoekers zich op die gegevens, verzameld tussen 2013 en 2017, toen de kinderen twee tot vijf jaar oud waren.

Het is «de context waarbinnen de schermen worden gebruikt en niet enkel de schermtijd», besluiten de auteurs van de studie, die vorige maand werd gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift ’Journal of Child Psychology and Psychiatry’.

Toegegeven, «op de leeftijd van 3,5 en 5,5 werd de tijd die werd besteed aan beeldschermen geassocieerd met slechtere algemene cognitieve ontwikkelingsscores, met name op het gebied van fijne motoriek, taal en autonomie», legt Inserm uit in een persbericht.

Tijdens de maaltijd

Maar wanneer de verschillende levensstijlen van de kinderen in rekening worden gebracht, «werd het negatieve verband kleiner en van geringe omvang». Met andere woorden: het is niet zozeer de aanwezigheid van beeldschermen die de ontwikkeling van een kind beïnvloedt, maar wanneer en hoe ze ernaar kijken.

Zo ontwikkelen kinderen in gezinnen die vaak televisie kijken tijdens de maaltijd aanzienlijk trager. Het scherm eist dan namelijk aandacht op en verstoort interacties tussen ouders en kinderen, stelt hoofdauteur Shuai Yang. «Op die leeftijd zijn die interacties cruciaal voor taalverwerving.»

Alles wat je echt wilt weten vind je op Metrotime.be