Brussel: «Spectaculaire» daling autoverkeer volgens cijfers GoodMove
Na exact een jaar Good Move in Brussel-stad, het Gewestelijk Mobiliteitsplan en circulatieschema voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, blijkt dat het autoverkeer in Brussel «een spectaculaire beweging aan het maken is», aldus Bart Dhondt (Groen), schepen van Mobiliteit voor de Stad Brussel. Daarmee wijst Dhondt op een daling van 27 procent met betrekking tot het aantal auto’s die het Brusselse centrum doorkruisen. Bijgevolg telt Brussel ook 36 procent meer fietsers.
Op 74 locaties langs de Vijfhoek en de Kleine Ring werd het aantal auto’s en fietsers geteld op 21 oktober 2021, 8 november 2022 en 23 juni 2023. Deze tellingen werden telkens uitgevoerd op piekmomenten. De derde telling op 23 juni wijst op een trend waarbij steeds minder auto’s de stad doorkruisen.
Bij de 36 telpunten op de Kleine Ring is het autoverkeer op een jaar tijd met wel twintig procent afgenomen. Bij de 44 telpunten in Brussel-centrum en de Vijfhoek is het autoverkeer met 30 procent gedaald. Concreet betekent dat dat er 18.212 minder auto’s geteld werden binnen de Brusselse Vijfhoek dan voor het invoeren van Good Move in Brussel-stad. Tegelijk bleven de reistijden op de Kleine Ring vrijwel onveranderd ten opzichte van voor de invoering, meent Dhondt.
Rustiger en veiliger
Volgens Dhondt gaat deze daling van het aantal wagens gepaard met een even spectaculaire stijging van het aantal Brusselse fietsers. «Het gaat om een gemiddelde toename van 36 procent van het aantal fietsers tijdens de twee piekuren van de dag op alle telpunten», zegt Dhondt.
«Dankzij het Good Move-verkeersplan en veranderingen in reisgewoonten komt er op verschillende plekken in het centrum openbare ruimte vrij. Veel plekken worden rustiger, veiliger en aangenamer. Daardoor kan de stad nu al openbare ruimte opnieuw inrichten met meer groen en meer comfort voor wandelaars en fietsers. Brussel wordt zo een nog fijnere plek om te vertoeven», vertelt Bart Dhondt.
Volgens Dhondt heeft het succes van Good Move in Brussel-stad dan ook vooral te maken met uitvoerig overleg tussen de schepenen van de gemeente. Zo zouden er meer dan tachtig bijeenkomsten en overlegsessies georganiseerd zijn. «In het begin was de aanpassing niet evident voor iedereen. Daarom hebben we iedereen ontmoet en ondersteund, en die methode werpt vruchten af,» besluit Dhondt.
De cijfers met betrekking tot Good Move zijn nog niet overal beschikbaar. Sommige gemeenten moeten het circulatieplan nog invoeren, andere moeten nog even wachten op de evaluatie.
Eerder liet ook MIVB reeds verstaan dat de ontwikkelingen in het kader van het Gewestelijk Mobiliteitsplan Good Move een positieve invloed hebben op de reistijden van verschillende tram- en buslijnen.