Zoektocht naar Nessie eindigt met mogelijke waarnemingen maar geen bewijzen
De grootste zoektocht ooit naar het monster van Loch Ness is geëindigd met verschillende meldingen van mogelijke waarnemingen, maar nog steeds geen bewijs dat het bekendste wezen uit de Schotse folklore echt bestaat.
Volgens projectleider Alan McKenna heeft hij een aantal videobeelden en tips binnengekregen van mensen die de livestream volgden via camera’s die aan het meer in de Highlands waren geplaatst. Maar alle data uitpluizen en feiten van wishful thinking scheiden zal veel tijd vergen.
Met zijn 36 kilometer lengte en 240 meter diepte is Loch Ness het grootste zoetwatermeer van het Verenigd Koninkrijk. En zoals bekend geloven sommigen dat er in het meer een prehistorisch reptiel zou leven. De eerste vermelding van Nessie dateert van de zesde eeuw na Christus, in de biografie van een Ierse monnik.
Geavanceerde apparatuur
De expeditie werd op het getouw gezet om vast te stellen - of eindelijk voor altijd te ontkrachten - of er echt een mysterieus dier in het Schotse meer leeft. Daarvoor werd geavanceerde apparatuur gebruikt zoals drones met thermische scanners, infrarood onderwatercamera’s en een speciale onderwatermicrofoon. Het ging volgens de organisatoren om de meest systematische zoektocht sinds 1972.
Tientallen vrijwilligers over de hele wereld namen plaats aan de zeventien waarnemingsposten langs het meer, terwijl honderden fans van het (denkbeeldige) schepsel via webcams de bewegingen langs Loch Ness volgden. McKenna en zijn team trokken verschillende keren het meer op, gewapend met een onderwatermicrofoon. Tijdens een test op vrijdag werden «bizarre geluiden» gehoord, aldus McKenna. Een test op dezelfde plaats op zondag leverde daarentegen niets op.
Alles wat je wilt weten vind je op Metrotime.be