El Niño is begonnen: wordt 2024 het warmste jaar ooit?
Wat is El Niño?
Na het Amerikaanse nationale agentschap voor oceanen en atmosfeer (NOAA) begin juni heeft nu ook de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO) aangekondigd dat El Niño is begonnen. El Niño is een natuurlijk fenomeen waarbij het zeewater in de centrale en oostelijke Stille Oceaan langs de evenaar opwarmt. Het klimaatverschijnsel doet zich om de 2 à 7 jaar voor, en duurt een halfjaar tot een jaar. De gevolgen zijn vaak het hevigst rondom de kerstperiode, vandaar de naam El Niño, Spaans voor het ‘kerstkindje’. In die periode kan het oceaanoppervlak tot drie graden warmer zijn dan normaal. Zijn tegenhanger is La Niña, dat juist in verband gebracht wordt met een temperatuurdaling. El Niño en La Niña zijn het resultaat van een wisselwerking tussen het oceaanoppervlak en de atmosfeer boven de Stille Oceaan. In het geval van El Niño nemen de passaatwinden boven de oceaan in kracht af, wat leidt tot een sterke opwarming. Volgens het WMO steeg de maandelijkse gemiddelde temperatuur van de Stille oceaan van 0,44 graden boven het langjarig gemiddelde in februari naar 0,9 graden midden juni.
Wat zijn de gevolgen?
El Niño wordt geassocieerd met een stijging van de wereldwijde temperaturen. Het fenomeen doet zich evenwel het sterkst voor rondom de Stille Oceaan. In de regio van het zuiden van Latijns-Amerika, de zuidelijke Verenigde Staten, de Hoorn van Afrika en Centraal-Azië wordt er meer neerslag dan gewoonlijk verwacht. Australië, Indonesië, Centraal-Amerika, het zuiden van Azië en het noorden van Zuid-Amerika mogen zich verwachten aan meer droogtes, hittegolven en bosbranden. Daarnaast kunnen er zich tyfoons voordoen in de Stille Oceaan, terwijl koraalriffen massaal zouden kunnen verbleken. In Europa zijn de gevolgen meestal beperkt. Als El Niño hevig toeslaat, kunnen we ons mogelijk opmaken voor een natter voorjaar, al is dat verband nog niet 100% hard gemaakt.
El Niño komt ook met een grote economische kost. Een studie in het vaktijdschrift Science berekende dat het weerfenomeen gemiddeld wereldwijd leidt tot een verlies van 3 biljoen. Bij krachtige El Niño’s is de kost hoger. In 1982-83 ging het om een verlies van 4,1 biljoen, in 1997-98 om maar liefst 5,7 biljoen.
Wat kunnen we verwachten?
Het WMO gaat ervan uit dat de intensiteit van het fenomeen «minstens gematigd» zal zijn en het zich het hele jaar door zal laten voelen. De meest intense gevolgen zijn voorzien voor volgend jaar. De sfeer is evenwel nu al gespannen. De afgelopen jaren zaten we in een periode van La Niña en braken we alsnog het ene weerrecord na het andere. De globale gemiddelde temperatuur is nu al 1,1° Celsius hoger dan in de periode voor de industriële revolutie. El Niño in combinatie met de huidige klimaatopwarming zou nog meer hitterecords betekenen. Bovendien bestaat de kans dat we voor het eerst tijdelijk de symbolische grens van 1,5° Celsius overschrijden – het kantelpunt waarna de kansen op overstromingen, extreme droogte en bosbranden fel toenemen. Die weersomstandigheden zetten druk op de voedselvoorraad vanwege de grotere kans op mislukte oogsten. Zo zouden we in 2024 weleens een voorproefje kunnen krijgen van hoe de wereld eruit kan zien wanneer de aarde 1,5° Celsius opgewarmd is.
De eerste gevolgen zijn overigens nu al voelbaar. Afgelopen maandag werd het wereldwijd warmste daggemiddelde ooit opgetekend. De gemiddelde luchttemperatuur aan het aardoppervlak bedroeg toen 17,01° Celsius. Vermoedelijk wordt dat record snel verbroken.
Wat moet er gebeuren?
Natuurlijke weerfenomenen zijn niet tegen te houden, maar dat is nog geen reden tot politieke stilstand. «De komst van El Niño zal de kans op recordtemperaturen en meer extreme hitte in grote delen van de wereld en in de oceanen aanzienlijk vergroten», waarschuwde secretaris-generaal Petteri Taalas van de WMO dinsdag toen hij de komst van het fenomeen aankondigde. «Dit is een signaal aan regeringen van over de hele wereld om zich voor te bereiden om de gevolgen voor onze gezondheid, het ecosysteem en de economie te beperken», voegde hij eraan toe. Om levens en levensmiddelen te waarborgen, moeten regeringen volgens Talaas waarschuwingssystemen installeren en maatregelen nemen die anticiperen op extreme weersomstandigheden.
Wat je echt wilt weten op Metrotime.be